Bezwaren tegen rente vennootschapsbelasting in de ijskast

Op 7 november 2024 oordeelde de Rechtbank Noord-Nederland dat het rentepercentage voor de vennootschapsbelasting te hoog is en daarmee in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. De Belastingdienst is het niet eens met deze uitspraak en heeft beroep ingesteld bij de Hoge Raad.

Door de uitspraak van de rechtbank zijn er veel bezwaren binnengekomen tegen de hoogte van het belastingrentepercentage voor de vennootschapsbelasting. Daarom heeft de staatssecretaris van Financiën deze bezwaren op 14 februari 2025 aangemerkt als ‘massaal bezwaar’. Alle bezwaren met dezelfde rechtsvraag worden daarom aangehouden totdat de Hoge Raad hierop heeft beslist.

De aanwijzing ‘massaal bezwaar’ geldt voor:

• bezwaren tegen de hoogte van het belastingrentepercentage bij de vennootschapsbelasting en bronbelasting waar in de belastingaanslag belastingrente is berekend over een periode ná 1 oktober 2020
• bezwaren tegen de hoogte van het belastingrentepercentage bij de solidariteitsbijdrage waar in de belastingaanslag belastingrente is berekend over een periode ná 1 januari 2022
• bezwaren tegen de hoogte van het belastingrentepercentage bij de minimumbelasting waar in de belastingaanslag belastingrente is berekend over een periode ná 1 januari 2024
• bezwaren tegen de hoogte van het belastingrentepercentage bij het winstaandeel (Mijnbouwwet) waar in de belastingaanslag belastingrente is berekend over een periode ná 1 januari 2025
• bezwaren tegen de afwijzing van een verzoek om herziening van de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting, bronbelasting, solidariteitsbijdrage, minimumbelasting en winstaandeel (Mijnbouwwet)