De toekomstige inrichting van het Europees financieel toezicht

Extra aangewakkerd door de kredietcrisis hecht het huidige kabinet groot belang aan de hervorming van het internationaal financieel stelsel. Minister Bos heeft in een brief (kamerstuk kredietcrisis 31371, 128) aan de Tweede Kamer een toelichting gegeven op de inzet van het Nederlands kabinet in het internationale debat inzake de inrichting van het internationaal financieel stelsel.

De Nederlandse inzet is gebaseerd op het Nederlandse non-paper (document zonder officiële status): ‘Reshaping the international Financial system’. Het accent ligt daarbij op maatregelen om de recessie te bestrijden en op de hervorming van de financiële architectuur. De hoofdlijnen van de paper zijn:

1. Doelstellingen en prikkels van financiële instellingen moeten zijn gericht op stabiliteit
In Nederland ontwikkelen DNB en AFM principes voor een duurzaam beloningsbeleid en het toezicht daarop. Binnen de EU loopt de discussie over de hervorming van de kredietbeoordelaars (CRAs). In dat kader zal in de Ecofi n gesproken worden over een voorstel dat naar verwachting zal bijdragen aan een verbetering van de kwaliteit van ratingactiviteiten onder meer door verplichte registratie, intensief toezicht en meer transparantie. Bovendien zal er een aanscherping komen van de kapitaalrichtlijn (CRD) op het terrein van securitisatie en liquiditeitstoezicht.

2. Versterken van het Europese toezicht
Het uiteindelijke doel is te komen tot internationaal toezicht, maar binnen Europa kunnen afspraken hierover sneller worden gerealiseerd. Binnen de EU en het FSF zijn ook al afspraken gemaakt voor de oprichting van ‘colleges of supervisors’, voor de grote grensoverschrijdende financiële instellingen, die bestaan uit de belangrijkste nationale toezichthouders.

3. Institutionele versterking van het IMF
De globale verwevenheid van financiële stelsels vraagt om een multilaterale instelling die zich toelegt op mondiale financiële stabiliteit. Het IMF beschikt over de grootste legitimiteit en is daardoor het meest geschikt om deze functie te vervullen. Het Kabinet pleit voor een multilaterale oplossing om het IMF voldoende middelen te verschaffen ter voorkoming van een afhankelijke positie van het IMF. Het IMF zou macro-economische en financiële risico’s moeten identificeren en een bijdrage moeten leveren aan het verhelpen van dergelijke risico’s.

4. G20 werkgroepen
Ondanks dat Nederland niet rechtstreeks in de ‘G20 ministers van Financiën’ wordt Vertegenwoordigd, laat het wel via de Europese instellingen (raadvoorzitterschap en Commissie) zijn stem horen. Een inzet op een formeel lidmaatschap van de G20 wordt overwogen. De vier werkgroepen die zijn opgericht houden zich bezig met de verbetering van regulering en versterking van transparantie, de verbetering van internationale samenwerking en bevorderen van integriteit op financiële markten, de hervorming van het IMF en de hervorming van de Wereldbank en overige multilaterale ontwikkelingsbanken. Parallel aan deze inspanningen loopt er een traject over de toekomst van de financiële sector in Nederland. Daarvoor vinden diverse analyses plaats die van belang zijn voor de inrichting van deze sector, waarbij tevens het vestigingsklimaat wordt betrokken. De daaruit voortvloeiende visie zal voor het zomerreces naar de Tweede Kamer worden gestuurd.

 

Bron: Tijdschrift Financieel Management: Legal Update ism BANNING Advocaten

Gerelateerde artikelen