De 6 btw-valkuilen van online verkoop

De coronacrisis versnelt de groei van online handel. Wat zijn de zes btw-valkuilen van online verkoop?

Een serie blogs over de fiscale praktijk.

Wat zijn de btw-spelregels en valkuilen bij online-verkopen? En wat kunt u doen om ze onschadelijk te maken?

Door de coronacrisis is de online detailhandel – B2C e-commerce – in een versnelling geraakt. De wereldwijde lockdowns resulteren in een grote hoeveelheid online bestellingen. Veel ondernemers breiden het online aanbod uit of ontdekken nieuwe creatieve manieren om producten online te verkopen, ook internationaal. Hierbij wordt niet altijd meteen gedacht aan de btw-implicaties, hoewel juist ook op dat gebied belangrijke regels en ontwikkelingen van toepassing zijn. Het niet voldoen aan deze regels kan leiden tot flinke btw-naheffingen en boetes.

Door Hugo Everaerd. Hij is tax partner Amsterdam en lid raad van bestuur van Crowe Foederer.

Hoofdregel

Volgens de huidige hoofdregel is een B2C-levering met btw belast daar waar het vervoer van het goed aanvangt. Bij nationale transacties zijn de btw-gevolgen eenvoudig en geldt het btw-tarief in het land van de ondernemer en zijn particuliere consument. De online detailhandel kenmerkt zich nu echter vooral ook door grensoverschrijdende handel.

Wanneer een ondernemer vanuit Nederland kleding verkoopt aan een Belgische particulier, vangt het vervoer aan in Nederland en moet de ondernemer zijn prijs in beginsel verhogen met 21 procent Nederlandse btw. Dit gaat weliswaar tegen het doel in van het btw-stelsel om btw te heffen daar waar het verbruik plaatsvindt, maar het is onuitvoerbaar om iedere ondernemer te laten registreren in de landen van zijn particuliere afnemers.

Let wel op dat diverse factoren de hoofdregel beïnvloeden en cruciaal zijn voor een juiste btw-behandeling.

Zes valkuilen van online verkoop

1 Afstandsverkopen is uitzondering op de hoofdregel

In EU-situaties vormt de regeling voor afstandsverkopen een uitzondering op de hoofdregel en zorgt ervoor dat btw-heffing over B2C-leveringen plaatsvindt in het land van aankomst van de goederen. In de praktijk wordt een particulier veelal gelijkgesteld met een afnemer zonder btw-nummer. De regeling geldt alleen als de goederen door of voor rekening van de ondernemer worden vervoerd en het jaarlijkse drempelbedrag van het betreffende EU-land wordt overschreden. Nederland hanteert een drempelbedrag van 100.000 euro, maar dit bedrag verschilt per EU-land. Een land als België kent met 35.000 euro bijvoorbeeld een veel lager drempelbedrag. Een Nederlandse ondernemer moet zich dus in België registreren voor de btw en Belgische btw afdragen als hij in enig jaar vanuit Nederland voor meer dan 35.000 euro aan goederen heeft verkocht aan particulieren in België.

2. Bepaal op voorhand de rol van platforms

Online platforms waarop de ondernemer zijn goederen aanbiedt spelen een belangrijke rol bij het vaststellen van de btw-gevolgen van online verkoop. Het contract en verdere afspraken tussen beide partijen bepalen of de ondernemer dan wel het platform de goederen levert aan de particulier en wie dus verantwoordelijk is voor de juiste btw-afdracht. Bovendien is het gebruikelijk dat platforms in verschillende EU-landen zogeheten fulfilment centers beheren en vereisen dat de ondernemer zich aldaar voor de btw registreert. Het is voor ondernemers erg belangrijk om op voorhand te beoordelen wat de invloed van het online platform is op de btw-gevolgen.

3. Voor wiens rekening is het vervoer?

Een ander aspect van online verkoop is het vervoer van de goederen naar de particulier. Voor de btw-gevolgen is van belang te bepalen of de goederen door of voor rekening van de ondernemer naar de particulier worden vervoerd. Als de particulier de goederen laat vervoeren is bijvoorbeeld de afstandsverkopenregeling niet van toepassing. Daarbij geldt dat de ondernemer die het vervoer niet regelt, maar hierbij wel een bepalende rol speelt, mogelijk toch weer wordt aangemerkt als degene voor wiens rekening de goederen worden vervoerd.

4. Impact Brexit

Op 31 december 2020 komt een definitief einde aan de Brexit-overgangsfase en wordt het Verenigd Koninkrijk aangemerkt als niet-EU-land. Ondernemers krijgen in het Verenigd Koninkrijk te maken met douaneformaliteiten, waar een verkoop van goederen vanuit de EU zal kwalificeren als import. Het is van belang na te gaan wie de importeur is en aan welke andere verplichtingen moet worden voldaan. Uiteraard moeten ondernemers dit momenteel al beoordelen voor de verkoop van goederen naar andere niet-EU-landen. De verschillende btw- en douanestelsels wereldwijd zijn gecompliceerd en divers. Dat maakt juiste toepassing van de regels niet gemakkelijk. De onderlinge afspraken tussen betrokken partijen (ondernemer, platform, vervoerder en consument) zijn in niet-EU verband minstens zo belangrijk, aangezien naast btw-verplichtingen ook douaneverplichtingen afhankelijk zijn van de afspraken.

5. Nieuwe regels e-commerce vanaf 1 juli 2021

Vanaf 1 juli 2021 treden nieuwe btw-regels voor e-commerce in werking. Dit zal veel impact hebben op ondernemers die goederen verkopen aan consumenten binnen de EU. Onder andere de drempelbedragen verdwijnen en zoals het btw-stelsel beoogt, zijn ondernemers vanaf de eerste afstandsverkoop btw verschuldigd in het land van aankomst van de goederen. Ondernemers kunnen via het zogenaamde One Stop Shop (OSS) systeem in één EU-land btw-aangifte doen voor alle relevante EU-landen. Ook krijgen platforms onder de nieuwe regels meer verantwoordelijkheid. Als het platform namelijk de goederenlevering faciliteert, kan de ondernemer worden geacht de goederen aan het platform te leveren, waarna het platform de goederen aan de particulier levert. De nieuwe regels zijn wenselijk, maar complex. Het is van belang hier tijdig op in te spelen.

6. Groeiende informatie-uitwisseling Europese belastingautoriteiten

De hoeveelheid beschikbare verkoopinformatie voor Europese belastingautoriteiten groeit. Steeds vaker lichten belastingautoriteiten elkaar én ondernemers in over onjuiste toepassing van de btw-regels. Een voorkomend voorbeeld is dat buitenlandse belastingautoriteiten aangeven over informatie te beschikken dat een Nederlandse ondernemer afstandsverkopen naar hun land heeft verricht en zich nog niet in dat land heeft geregistreerd. Het is aannemelijk dat dit soort gevallen straks door aanmelding bij het OSS-systeem nog eerder worden ontdekt. Een situatie waarin onterecht geen buitenlandse btw is afgedragen kan leiden tot hoge btw-correcties, boetes en rente. Ingeval van opzet gaan landen mogelijk zelfs over op strafrechtelijke vervolgingen.

Advies: breng supplychain en btw-positie volledig in beeld

Voor ondernemers die opereren in de internationale online detailhandel geldt dus: breng de supply chain en btw-positie volledig in kaart voordat de eerste verkoop is verricht en richt het ERP-systeem goed in. Houd hierbij rekening met de btw- en douaneregels en de afspraken met afnemers, online platforms en vervoerders. Daarnaast zijn in deze sector verschillende vormen van data-analyse zeer geschikt om een ingericht systeem en de compliance-positie van een ondernemer te controleren op onvolledigheden en onjuistheden.

De blogs in deze serie:

(foto: Julia Kuzenkov, Unsplash)

 

Gerelateerde artikelen