Money Matters: De strategie van een mus

fallback
Vakantie lijkt aan de Google-oprichters Larry Page en Sergey Brin niet besteed. In de afgelopen tijd heeft Google maandelijks een nieuwe dienst gelanceerd en dat hoge tempo houden ze zelfs in de warme zomermaanden vol. Concurrenten zien het met lede ogen aan. Maar valt er wel zo veel te vrezen van het innovatiemonster?

De afgelopen maanden was Google weer herhaaldelijk in de publiciteit met nieuwe diensten. Als niet met het Google Print-programma was (waarmee Google hele boeken op internet wilde zetten), dan wel met Google Earth (de hele aarde in hapklare, via internet toegankelijke in- en uitzoombare foto’s). En dit jaar hebben de medewerkers van het bedrijf in de vakantie overuren gemaakt.

Google koos de traditionele komkommertijd voor een aantal aankondigingen die de concurrentie op z’n minst ongemakkelijk heeft gemaakt. Vorige week heeft Google een eigen instant messaging-tool gelanceerd, Google Talk. De week daarvoor was Google in het nieuws vanwege de overname van Android. Wat te denken van Android, een bedrijfje dat software maakt voor de mobiele telefoon. Wellicht dat Google de beelden van Google Earth wil aanbieden via mobiele communicatieapparatuur? Er gaan geruchten dat Google een eigen mobiele telefoon annex internetbrowser wil lanceren). Mogelijk wil Google zelfs een eigen breedbandnetwerk bouwen?

Google voert iets in zijn schild, nemen veel analisten aan. Dat kan haast niet anders, waarom zou het anders onlangs een aandelenemissie van vier miljard dollar hebben gedaan? Het bedrijf had al drie miljard in kas (zonder dat er schulden tegenover stonden), en dat bedrag is nu dus meer dan verdubbeld. Daar moeten de ‘whizz kids’ Larry Page en Sergey Brin toch een goede bestemming voor in gedachten hebben, een vastomlijnd doel?

Zoals alles wat ze doen heel uitgekiend is. Neem alleen al die laatste aandelenemissie: hierbij gaf Google 14.159.265 aandelen uit – niet toevallig ook de eerste acht cijfers achter de komma van het getal pi! En gaf Google bij de beursgang vorig jaar niet aan dat het 2.718.281.828 dollar wilde ophalen? Inderdaad, de eerste cijfers van de constate ‘e’! Als je over zulke details nadenkt, dan heb je zeker nagedacht over de strategie van het bedrijf, nemen veel analisten aan. Maar waar wil Google heen? Wat wil het bedrijf bereiken met zijn in moordend tempo op de markt geïntroduceerde innovaties?

Niemand buiten de kring van Google-intimi die het weet. Misschien ís er ook wel helemaal geen strategie, althans niet in de zin dat er een ‘masterplan’ is met een duidelijk doel, waarbij alle activiteien erop zijn gericht om dat doel te bereiken. Bij bedrijven in nood zie je vaak wat je ‘de struisvogelstrategie’ zou kunnen noemen. Het gaat slecht; het bedrijf wordt naar binnengericht, er worden interne vetes uitgevochten, verliesgevende onderdelen worden afgestoten en de meest winstgevende onderdelen overleven.

Bij bedrijven à la Google waar het goed gaat zie je juist dat ze de vleugels breed uitslaan en op allerlei markten met allerlei producten actief worden. Ze doen eigenlijk maar wat. En soms slaat iets aan en dan gaan ze er mee door, soms wordt het niets en dan houden ze er mee op. De strategie van een mus: overal een graantje proberen mee te pikken. Zakelijk is het niet allemaal niet even verantwoord. Maar het is wel een genot om weer eens een mus te zien net nu ze leken te zijn uitgestorven.