Legitimiteit democratische rechtsstaat

De legitimiteit van de democratische rechtsstaat is de afgelopen decennia afgebrokkeld. Dat stelt de Raad van State in de Algemene beschouwingen bij zijn Jaarverslag over 2007.

Volgens het adviesorgaan heeft die afbrokkeling betrekking op het politieke debat. Zo worden grote maatschappelijke vraagstukken steeds vaker via regeerakkoorden ‘gedepolitiseerd’, nog voordat een inhoudelijk parlementair debat in de Kamer heeft plaatsgevonden.

Het gevaar is dat door het achterwege laten van zo’n debat ‘maatschappelijke tegenstellingen voortwoekeren en polarisatie toeneemt’, schrijft vice-president Tjeenk Willink van de Raad van State. Als oplossing draagt hij aan de afstand tussen kabinet en Kamermeerderheid te vergroten.

Het hoogste bestuursrechtelijke orgaan noemt het verder zorgelijk dat de juridische kwaliteit van beleids- en besluitvorming op de meeste ministeries door bezuinigingen in het gedrang komt. ‘De overheid zal zichzelf daarom bij de uitvoering en de handhaving van de wetten bij de rechter tegenkomen’, voorspelt Willink.

Bovendien laakt de raad het groeiende gebrek aan kennis van en begrip voor de beginselen van de rechtsstaat bij Kamerleden, bewindslieden, ambtenaren en journalisten. Dat staatkundige spelregels soms zelfs doelbewust worden genegeerd, betitelt de adviseur als ‘een dreigende uitholling van de democratische rechtsstaat van binnenuit.’

Overigens legden regering en parlement in 2007 totaal 493 zaken ter advisering voor aan de Raad van State. Dit aantal is lager dan voorgaande jaren, onder meer omdat het na de kabinetsformatie nog geruime tijd heeft geduurd voordat het nieuwe kabinet de eerste aanvragen indiende, zo vermoedt de raad.

 

Bron: Tijdschrift Financieel Management: Public Update ism Hopstaken & De Haan

Gerelateerde artikelen