Gemiddelde dekkingsgraad pensioenfondsen gelijk gebleven
De gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen is in de maand april gelijk gebleven op 104%.
In het eerste deel van de maand leken stijgende aandelenrendementen voor een lichte stijging te zorgen, maar in de laatste dagen van april zorgden met name tegenvallende berichten over de Amerikaanse economie voor een lichte terugval. Door deze berichten was er in de laatste dagen van de maand sprake van een rentestijging en een daling van de aandelenkoersen.
De beleidsdekkingsgraad (gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden) is met één procentpunt gedaald en stond per eind april op 108%. Dat is twee procentpunt onder de grens om te kunnen beginnen met indexeren.
Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon Hewitt, wereldwijd marktleider in human-resourcemanagement, consultancy en outsourcing, die dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.
Gevolgen huidige dekkingsgraad
Pensioenfondsen mogen hun beleidsbeslissingen sinds 1 januari 2015 niet meer baseren op de actuele dekkingsgraad, maar moeten dit doen op basis van de zogeheten ‘beleidsdekkingsgraad’. Deze is gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden. Bij een beleidsdekkingsgraad onder de 110% kunnen pensioenfondsen niet indexeren.
“Hiermee blijft de kans op indexatie de komende jaren klein,” aldus Frank Driessen, Chief Commercial Officer bij de afdeling Retirement & Financial Management van Aon Hewitt. “Doordat de actuele dekkingsgraad al geruime tijd onder de beleidsdekkingsgraad ligt, zal de beleidsdekkingsgraad verder dalen. Daarnaast moeten veel pensioenfondsen een herstelplan opstellen en dat uiterlijk 1 juni indienen bij De Nederlandsche Bank.”
Sterkere stijging rente nodig voor indexatie
De stijging van de rente eind april is niet voldoende om pensioenfondsen in een positie te brengen dat (volledige) indexatie mogelijk is. Daarvoor zijn een langdurig stijgende rente en op zijn minst stabiele, maar bij voorkeur stijgende aandelenkoersen nodig. Gezien de omvang van het opkoopprogramma van de Europese Centrale Bank lijken aanhoudende sterke rentestijgingen de komende periode echter onwaarschijnlijk. Door de stijging van de rente daalde de waarde van de pensioenverplichtingen in de maand maart met 3,4%. Dit effect werd grotendeels gecompenseerd door een daling van de obligatieportefeuille van 4,7%.
Aandelenrendementen en overige beleggingsrendementen negatief
De tegenvallende berichten over de Amerikaanse economie (met dalende Amerikaanse aandelen als gevolg) zorgden voor een daling van de aandelenportefeuille met 1,1%. Ook vastgoed kende een negatief rendement (van 3,6%). In totaal nam de beleggingsportefeuille af met gemiddeld 3,2%.
Bron: Aon Hewitt