Cryptobedrijven slepen Rabobank voor de rechter
Een belangenvereniging voor cryptobedrijven heeft een klacht ingediend tegen Rabobank. Verenigde Bitcoinbedrijven Nederland (VBNL) vindt dat het financiële concern misbruik maakt van zijn machtspositie door zakelijke klanten te verbieden via Raborekeningen cryptomunten te kopen of te verkopen.
De organisatie heeft bij de Autoriteit Consument & Markt (ACM) een handhavingsverzoek ingediend tegen de bank. Dit bevestigt voorzitter Patrick van der Meijde een bericht van het FD. Een klant van een bij VBNL aangesloten bedrijf stuitte op een ‘nee’ toen hij Rabobank vroeg of hij via zijn zakelijke rekening in crypto’s kon handelen.
Rabobank geeft op zijn site uitleg over het verbod. De financieel dienstverlener vindt dat er te grote risico’s aan handel in virtuele valuta’s kleven. Daarmee doelt de bank vooral op het gevaar van witwassen of het financieren van criminele activiteiten via bijvoorbeeld bitcoins.
Maar Van der Meijde, wiens eigen bedrijf betalingen in bitcoin afhandelt voor winkeliers, vindt dat een slecht argument. Cryptobedrijven mogen sinds enige tijd alleen maar diensten in Nederland aanbieden als ze zich registreren bij De Nederlandsche Bank.
Voor zo’n registratie moeten deze cryptodienstverleners volledig voldoen aan de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Dat is precies dezelfde wet die banken de poortwachtersrol oplegt op basis waarvan Rabobank cryptotransacties weert, stip Van der Meijde aan.
“Er is best veel veranderd de laatste tijd. Aan onze leden worden dezelfde Wwft-eisen gesteld als Rabobank. Bitcoinbedrijven zijn nu zelf poortwachter geworden”, zegt hij.
Rabobank wil niet inhoudelijk ingaan op de klachten en het handhavingsverzoek. Een woordvoerder stelt dat de bank de afgelopen tijd wel gesprekken heeft gevoerd met VBNL over de kwestie. “We hebben inhoudelijk niet altijd dezelfde mening, maar we hebben regelmatig contact met hen. Nu het handhavingsverzoek er is, liggen die gesprekken even stil. Maar daarna willen we weer verder praten”, zegt een woordvoerder.
(ANP)