Waarom steeds meer fiscale softwareleveranciers ermee stoppen

Zowel Wolters Kluwer en Visma stoppen met hun softwarediensten.

Door Juliette Goetzee

Steeds meer softwarepartijen in de financiële markt houden op met hun fiscale diensten. Zo stopt Wolters Kluwer aan het eind van 2022 met hun softwareoplossing Avanzer Aangifte en kondigde Visma ook al het eind van Visionplanner Fiscaal aan. Waarom houden deze partijen ermee op? En moet je je als financieel- of fiscaal professional zorgen maken over deze ontwikkeling? Ik leg het je uit.

Laat ik beginnen met de waarom-vraag. Waarom kondigen meerdere partijen het eind van hun fiscale software aan? Wat maakt dat zij daarvoor kiezen? Dat komt omdat fiscale software ontzettend complexe software is. Complexer dan alle andere software voor het financiële werkveld. Dat wordt veroorzaakt door het fiscale vakgebied. De inhoud hiervan verandert namelijk jaarlijks en de deadlines zijn strenger dan binnen elk ander vakgebied.

Elk jaar een nieuwe inhoud
Dat de inhoud van het vakgebied elk jaar verandert, komt door de constant veranderende wetgeving op het gebied van fiscaliteit. Denk aan Prinsjesdag: de Miljoenennota bestaat ieder jaar voornamelijk uit aanpassingen in de fiscale wetgeving. Belastingpercentages die omhoog of naar beneden gaan of uitzonderingen die ophouden met bestaan, het zijn allemaal wijzigingen die een grote impact hebben op de belastingaangiftes van ondernemend Nederland. En het zijn wijzigingen die verwerkt moeten worden in de software die gebruikt wordt voor die aangiftes. 

Dat elk jaar de wetgeving verandert is al uitdagend, maar daar bovenop komt ook nog eens het feit dat wetgeving vaak ruimte laat voor interpretatie. Het is helaas niet zo dat de gemiddelde wet één-op-één verwerkt kan worden in de software. Als dat wel gebeurt en de Belastingdienst interpreteert die wet op een andere manier, kan een ondernemer zo duizenden euro’s mislopen. Een risico wat je te allen tijde wil voorkomen, dus hangt een fiscaal softwareleverancier bijna dagelijks aan de telefoon met de Belastingdienst. En dat kost natuurlijk ontzettend veel tijd. 

Outsourcen is geen optie  
Een volgende uitdaging die hoort bij fiscale software is dat bovenstaande handelingen niet door iedereen kunnen worden uitgevoerd. Waar vele softwarepartijen profiteren van lage loonkosten door delen van hun softwareontwikkeling te outsourcen naar bijvoorbeeld Oost- of Zuid-Europa, is dat voor fiscale software simpelweg onmogelijk. Omdat de fiscale wetgeving in ieder land anders is ingericht, móet een werknemer dus wel in Nederland werkzaam zijn. En diegene moet niet alleen de fiscale wetgeving op zijn duimpje kennen, maar hij of zij moet ook nog eens een kennis over en affiniteit voor technologie hebben. Een behoorlijke uitdaging dus.

Go-live één week later is onmogelijk
Tot slot de deadlines die ik eerder al noemde. Want daar zijn er nogal wat van in de fiscale wereld, zoals onder meer bij het doen van de belastingaangifte, de BTW-aangifte of het deponeren van jaarcijfers. Dat betekent dat er een enorme tijdsdruk op de softwareontwikkeling ligt. Waar andere software zonder problemen een week later opgeleverd kan worden, is dat vanwege deze harde deadlines voor fiscale software simpelweg onmogelijk.

Soms is stoppen beter
Deze enorme complexiteit maakt dus dat fiscale software niet voor iedere softwarepartij is weggelegd. Je kunt het er simpelweg niet ‘bij’ doen. De fiscale software moet de volledige focus krijgen om up-to-date, compleet en gebruiksvriendelijk te blijven. En als je dat niet kunt bieden, dan kun je soms beter stoppen.

Moet je je als financieel professional nu zorgen maken? Tuurlijk, als je gebruikt maakt van software die wordt stopgezet is dat ontzettend vervelend. Maar wees niet bang dat leveranciers met bosjes zullen omvallen. Er zijn genoeg spelers die de juiste balans weten te vinden in de complexiteit en ervoor zorgen dat jij de deadline van 1 mei ieder jaar opnieuw zonder moeite haalt.

Auteur: Juliette Goetzee, Managing Director bij Nextens

Gerelateerde artikelen