Michael van Kasteren (CFO Simac): ‘Ik wil als CFO geen controleur zijn’
Michael van Kasteren, CFO bij Simac is genomineerd voor de Huub van Rozendaal Award 2021. Deze achievementprijs wordt ieder jaar tijdens de FM Dag uitgereikt aan een financieel directeur van een familiebedrijf.
Simac is opgericht in 1971 door Mac van Schagen, de vader van de huidige CEO Eric van Schagen en telt 16 zelfstandig opererende werkmaatschappijen, met name op het gebied van automatisering en IT. De omzet van Simac groeide de laatste jaren van 223 miljoen (2017), naar 256 miljoen (2018) naar 276 miljoen euro (2019).
De omzetdaling die Simac in 2020 zag (van 276 naar 252 miljoen), heeft volgens Van Kasteren slechts deels te maken met Corona, maar vooral met een detacheringsopdracht die, zoals al langer gepland, afliep aan het begin van het jaar: “Wij doen met name twee dingen met Simac. Het installeren van nieuwe netwerken bij klanten – en het beheren van netwerken. Dat laatste ging natuurlijk gewoon door. Sterker nog, daar kwam alleen maar meer nadruk op te liggen, want de hele IT-backbone werd met het thuiswerken steeds belangrijker voor bedrijven. In de beheercontracten hebben we dus ook een groei gezien. Maar we zagen wel dat grote bedrijven in 2020 wat voorzichtiger waren met het aannemen van nieuwe grote netwerkprojecten.”
Overnames
Simac heeft de laatste jaren veel overnames gedaan. Van Kasteren is als CFO ook nauw betrokken geweest bij de overname van het Belgische PHI DATA: “Deze expert in auto ID solutions investeert momenteel veel in IoT en dat is nou typisch een specialisatie die wij graag willen toevoegen aan onze dienstverlening. De traditionele IT infrastructuur is inmiddels uitgebreid tot hele netwerken, public clouds, private clouds, hybrid clouds. Dat is een heel complex gebied geworden.”
Ook bij andere overnames – SAP solutionmanager HmB (2019,) de IT-adviseur Aranea (2019), het franse Wavetell (2018) en in 2016 de winkelautomatiseringstak van Jumbo, een bestaande klant – was Van Kasteren vanaf het begin betrokken: “We zijn een beetje kraaltjes aan het rijgen met Simac – en zodra we een letter of intent hebben, coördineer ik als CFO het hele overnameproces. Meestal gaan die overnames via het informele netwerk. Al krijgen we ook veel teasers van corporate finance adviseurs. Maar daar komt zelden wat uit.”
Simac is een vrij gedecentraliseerd bedrijf, zonder centrale marketing en strategie. Het idee: zoveel mogelijk ondernemerschap in de werkmaatschappijen houden en met die directe klantkennis wendbaar genoeg zijn om veranderingen in de markt op tijd te signaleren. Van Kasteren: “Ik spreek als CFO iedere maand het management van alle 16 werkmaatschappijen. Natuurlijk rapporteren zij netjes hun resultaten en hun balans, maar als je echt in gesprek bent, hoor je ook het verhaal achter de cijfers – dan leer je daar ontzettend veel van. Met wat voor vragen problemen en uitdagingen leeft dat management? Zelf kun je daar als CFO ook een rol in vervullen.”
Stel de goede vragen
Van Kasteren heeft als credo: ‘Stel als CFO de goede vragen, in plaats van dat je de verkeerde antwoorden geeft’. Recent voorbeeld van zo’n vraag? “We merken bijvoorbeeld dat onze mensen sinds Corona heel weinig vakantie opnemen. Logisch. Mensen werken veel thuis. Maar het verhaal achter die cijfers is ook dat we nu al aan het nadenken zijn over wat er straks gaat gebeuren als het juli-augustus wordt. Is het hele bedrijf dan opeens op vakantie? Daar had ik het dus laatst over met een werkmaatschappij die veel mensen detacheert in de automatisering van productiemachines.” Van Kasterens vraag werd herkend door de manager die zelf ook al een mogelijke vakantie-exodus vreesde: ”Omdat ik wist dat hun werknemers directe fee-earners zijn – uurtje factuurtje – legde ik de open vraag op tafel of het een optie zou kunnen zijn om een extra premie te betalen aan werknemers die hun vakantiedagen niet opnemen, maar laten uitbetalen. Om zo de extra winstmarge niet te missen.”
Voor Van Kasteren is het als CFO vooral belangrijk dat de werkmaatschappij-managers niet direct gaan doen wat hij voorstelt: “Het in gesprek raken, daar gaat het mij om. Ik wil als CFO geen controleur zijn van cijfers, maar een gesprekspartner in het vinden van oplossingen voor day to day problemen.
Een andere vraag die momenteel naar voren komt uit de financiële cijfers over Q1 gaat over het toegenomen aantal uren dat door engineers wordt gedeclareerd binnen de lopende beheercontracten: “Dat is interessant, want hoe meer uren worden gedeclareerd binnen dit soort raamcontracten, hoe lager de winstmarges zijn.” Maar in plaats van te roepen dat de uren omlaag moeten stelt Van Kasteren als CFO liever de vraag waar die groei in uren precies vandaan komt? “Zijn klanten veeleisender geworden? Hebben ze misschien andere dingen nodig, die meer tijd kosten dan voorheen? Zijn we als bedrijf te lang blijven hangen in onze oude routines en voldoen onze engineers nog wel aan de veranderde vraag uit de markt? Wanneer je die vraag op tafel kunt leggen vanuit de cijfers, dan ben je als CFO de open gesprekspartner die je, denk ik, moet zijn.”
Van slaapkamer naar beurs
Simac werd in 1971 opgericht door Mac van Schagen die tot zijn 44ste bij Philips in dienst was en toen voor zichzelf wilde beginnen. Vanuit een slaapkamer in Veldhoven werd Mac de exclusieve Europese vertegenwoordiger van het Amerikaanse Singer Instrumentation. Wanneer hij een telex aanschaft en de PTT niet meer dan vijf letters accepteert als meldnaam, smelten Mac en Singer samen tot Simac – en later Simac Electronics. De onderneming specialiseert zich tot leverancier van professionele test- en meetapparatuur binnen de industriële elektronicamarkt en naast de verkoop van deze producten werd er ook technische service en ondersteuning verleend.
Eind jaren negentiger jaren kent Simac een periode van sterke groei en breidt de dienstverlening uit met pc’s en server/storage oplossingen en nog meer overnames. Uiteindelijk zal de samenwerking met BaaN in 1999 en een zakelijk avontuur in Duitsland Simac bijna meezuigen in een faillissement. Van Kasteren weet nog goed wat voor een organisatie hij aantrof toen hij in 1998 werd binnengehaald bij Simac: “In zekere zin viel ik – in ieder geval wat betreft leercurve – met mijn neus in de boter toen ik aankwam. Het bedrijf waar ik werkte – Lorjé Computers – werd overgenomen voor Simac. Simic was toen nog beursgenoteerd, dus ik kwam opeens terecht in de Champions League. Geweldig! En ook door het mislukte avontuur met BaaN heb ik een heleboel bagage meegekregen die ik later heb kunnen gebruiken. Ik heb me ontzettend kunnen ontwikkelen.”
Van Kasteren die Simac nog meemaakte als beursgenoteerd bedrijf, had vroeger, meer dan nu, te maken met de tucht van de markt en de aandeelhouders: “Maar voor mij als CFO was dat alleen maar fijn, juist vanwege de strenge financiële eisen die werden gesteld. Dus hoewel we inmiddels niet meer beursgenoteerd zijn, proberen we met Simac nog steeds dezelfde ‘beursgenoteerde’ kwaliteitsnormen te hanteren voor onze verslaggeving. Eigenlijk zou ik dat ieder bedrijf willen aanraden trouwens.”
Beursexit van een familiebedrijf
In 2014 vertrok Simac van de beurs. Een bewuste keuze. Wat Van Kasteren in de laatste jaren van beursnotering merkte – vooral door de hoge vlucht van corporate governance regelgeving – was dat de rol van de Raad van Commissarissen veranderde. Ze gingen van coachende rol naar controlerende rol. Begrijpelijk, omdat ze ook veel verantwoordelijker werden, juridisch gezien. Dus dat betekende dat ze minder gingen adviseren en meer op de rem staan.”
Van Kasteren zag ook hoe de familie Van Schagen na het geleidelijke herstel in de jaren 2000-2010 steeds meer werd gedwongen om het bedrijf te leiden op een manier die ze niet wilde: “Minderheidsaandeelhouders wilden dat Simac zich zou gaan focussen op twee expertises en de rest van de werkmaatschappijen zou verkopen – en dan een soort superdividend uitkeren. De andere optie die werd voorgehouden was dat Simac extern geld moest gaan aantrekken om echt een grote, substantiële speler worden in de IT-markt. Beide opties zag de familie niet zitten. De problemen in de jaren ‘90 waren juist ontstaan door grote overnames met geleend geld. Die afhankelijkheid van externe financiers wilde de familie niet nog een keer. Dus de beurs exit was de enige optie.”
Is CFO zijn bij een familiebedrijf anders dan bij een gewoon bedrijf? Van Kasteren: “De slogan van de familie Van Schagen is: ‘de familie is er voor Simac, Simac is er niet voor de familie.’ Dat zie je onder andere terug in het feit dat er heel veel wordt terug geïnvesteerd in het bedrijf. De focus ligt echt op de continuïteit, niet op snelle winst. Verder kan en moet je als CFO gewoon kritisch advies geven over bepaalde keuzes. Aan de andere kant moet je jezelf ook realiseren dat de familie uiteindelijk beslist over haar eigen geld. Ik kan mezelf voorstellen dat dat bij andere, beursgenoteerde bedrijven anders is, omdat er een meer formele afstand is tussen eigenaar-aandeelhouders en leiding.”
Van Kasterens ambities voor de komende jaren zijn duidelijk: “In 2023 gaat Eric van Schagen zijn CEO functie overdragen aan bij voorkeur iemand in de familie. En het wordt zeer op prijs gesteld als ik vanuit mijn rol, de next gen ondersteun en faciliteer. Dat lijkt mij om meerdere redenen interessant. Nieuwe generatie zal ongetwijfeld ook weer nieuwe ideeën en een nieuwe dynamiek met zich meebrengen. Daar ben ik erg nieuwsgierig naar. En ik wil daar graag deel vanuit maken.”