5 redenen waarom bunq een fundamenteel ander soort bank is
Door Siebe Huizinga, auteur ‘Breken met banken’
Het kan lastig zijn: iets volkomen nieuws uitleggen en vergelijken. Zodra ik bunq een bank noem, denkt je brein misschien aan ABN AMRO, ING of Rabobank. En noem ik het een betaalapp, dan vergelijk je het onmiddellijk met een bestaande dienst. Banken en hun apps zijn sowieso niet gemakkelijk uit elkaar te houden. Ze denken hetzelfde over geld en kopiëren onderling vrijwel alles. Zelfs, zo lijkt het, elkaars rare namen. ABN speelt Tikkie, Rabo heeft GRPPY en ING doet Twyp. Onderscheid is er wel in marketing, maar zegt dat nu echt wie of wat en waarom ze zijn? ING kan bijvoorbeeld wel claimen dat het de mobielste bank van Nederland is, dat maakt het nog niet echt zo.
Snoepje van de week
Iets dat nieuw is stuit bedoeld of onbedoeld op weerstand en onbegrip. Banking Review zette in de herfst van 2015, toen bunq lanceerde, de nieuwkomer op de financiële markt direct weg als een nieuwe bank met een kekke naam. ‘Het snoepje van de week. (…) Maar innovatief? Mwah. Niet zo zeer wat de toepassingen betreft,’ zei de hoofdredacteur in het voorwoord. En de toekomst die bunq volgens hem aangaf? ‘Straks is een bank een verzameling uberhippe IT’ers die tussen het warcraften en pingpongen door jouw geld laten rollen.’
Wat veroorzaakt het onbegrip? De begrippen zelf. Woorden zoals ‘bank’ hebben een bestaande inhoud en hun gebruik schept een door het nieuwe idee achterhaald referentiekader. Bij een bank denk je aan geld verdienen met geld, aan beleggingsproducten, topinkomens en grote gebouwen. Hoe kun je helder praten over een nieuwe bank als deze op heel ander principes is gebaseerd en andere kenmerken heeft?
Paradigma-shift
Arthur Docters van Leeuwen, oud-inspecteur der Rijksfinanciën en voormalig bestuursvoorzitter van de AFM, was zo’n 4 jaar geleden een van de eersten die de nieuwe principes en kenmerken van bunq op waarde wist te schatten. In de ogen van Ali Niknam, oprichter van bunq, was Docters van Leeuwen de ideale commissaris voor zijn nieuwe bank. Hij stuurde hem daarom een brief, schrijvend dat bunq werd opgericht ‘om met behulp van technologie klanten macht over hun geld te geven (…). U zult begrijpen dat dit fundamenteel is en dat dit de drijfveer zal zijn voor de benodigde paradigma-shift in de financiële sector.’ Docters van Leeuwen kon voor een nieuwkomer als bunq deuren openen die anders gesloten zouden blijven. Maar hoe zou de oud-inspecteur reageren op het idee van een compleet nieuw soort bank, een serviceorganisatie met een abonnementsmodel en volledig mobiel?
Stappen naar succes
Binnen een half uur bleek Docters van Leeuwen overtuigd van de ideeën en het belang van bunq. Want dat het financiële systeem moest veranderen, stond voor hem al langer vast. De kosten en de risico’s ervan voor de samenleving waren veel te groot. Het financiële systeem, vond hij, was een oligopolie, gericht op korte-termijnwinsten, zonder afdoende interne controle en too big to fail. En bunq? Te klein om te overwinnen? Too small to prevail? Misschien. Maar iets doen is altijd beter dan niets en de sector verandert niet uit zichzelf.
Met hulp van Docters van Leeuwen begon het nogal uitputtende traject om een bankvergunning te krijgen. Achteraf zijn er in deze jarenlange strijd vijf versimpelde stappen naar succes te onderscheiden, breed toepasbaar voor elke startup. Lessons learned, dus.
1. Maak een plan met eenvoudige principes en een hoger doel. Bunq wil geen geld verdienen met geld, zoals traditionele banken doen, maar met goede dienstverlening. Je betaalt dus alleen voor gebruik. Hoger doel: het financiële systeem moet anders. Geen geldfabriek, maar échte financiële dienstverlening.
2. Zoek de juiste mensen en kennis. Bunq heeft een hoger doel en dat trekt de juiste mensen aan. Wie zijn dat? In den beginne bijvoorbeeld Docters van Leeuwen, maar zeker ook de programmeurs: jong, talentvol en gedreven. Verandert de levensfase van het bedrijf (zoals van startup naar groei), dan verandert de behoefte.
3. Vermijd beperkende overtuigingen. Zoals deze: ‘Een bankvergunning? Onmogelijk! Die is al 30 jaar lang niet meer uitgegeven. We zitten midden in de crisis. Bunq is een heel nieuw concept en Ali, de oprichter, is DGA zonder achtergrond in de financiële wereld.’
4. Werk slim en hard. Ja, dat moet je altijd doen. In geval van bunq echter is het allemaal wel heel erg slim en bikkel-, bikkelhard. Zonder hoger doel is zoiets onmogelijk.
5. Hou vol, zet door. Het valt niet mee, al die ‘uitdagingen’, tegenslagen en bergen onbegrip om overheen te klimmen, doorheen te breken of te omzeilen. Uiteindelijk kostte het jaren om alleen al de bankvergunning te krijgen!
DNB-gekeurd
Bunq heeft een bankvergunning en is daarmee een bank. Maar dan wel met een voor de bankwereld uniek en DNB-gekeurd verdienmodel. Niet gebaseerd op geld verdienen met geld, maar op tevreden gebruikers. Puur mobiel en gratis, in een paar minuten een of meer bankrekeningen, geen extra apparaten of papieren rompslomp, realtime-betalingen, met de mogelijkheid van rekeningdelen, betalen met QR-code en….
… Hier gaat het mis. Want hier begint de vergelijking met de apps van traditionele banken. Wat is daar dan mis mee?
Wat gebeurde er na de lancering van bunq, eind vorig jaar? In hoog tempo verklantvriendelijkten de andere banken hun apps en verjongden ze hun uitstraling. Ze bekeken de functies van bunq, lazen de programmeercodes en begonnen te kopiëren. Het was nieuw, het was verfrissend en het was dus helemaal niet raar dat de ideeën navolging vonden. Bankklanten profiteerden ervan. Eindelijk kregen ze weer wat aandacht. Dat ze er dadelijk meer voor moeten gaan betalen, doet daar niets aan af.
Ja, je kunt de apps vergelijken. Maar wat ontdek je dan? Tijdelijke verschillen. Binnen drie maanden is zoiets als een QR-code immers nagebouwd. En focus op het voor de hand liggende vervaagt het zicht op de toekomst.
Denktank
Bunq is maar met één ding te vergelijken: met de best, leukst en makkelijkst denkbare manier van betalen. Support, via chat, is de poort naar de toekomst. Heb je een idee over hoe bunq beter kan? Direct wordt daar iets mee gedaan. Natuurlijk nemen andere banken ook deze functie snel over, maar één ding verhindert een gelijkspel. Banken kopiëren de functionaliteiten van bunq, niet de fundamenten. Bunq is een serviceorganisatie met een abonnementsmodel. De medewerkers vormen geen bedrijf, maar een community. Overdag, ’s avonds, in de weekends: voortdurend zijn ze met elkaar in contact. En bij vrijwel alle bunqers draait het om hetzelfde: een zinvolle bijdrage leveren aan een betere, leukere wereld.
Het community-gevoel, dat directe en voortdurende contact, is er ook met de dagelijks groeiende kring ‘externe’ bunqers, ofwel de ‘klanten’.
Traditionele banken kunnen hun betaalapps klantvriendelijker maken, maar in de toekomst blijven ze wat ze zijn: financiële dienstverleners die geld verdienen met geld, niet met dienstverlening zelf. Ze kunnen ook niet zomaar hun cultuur en structuur aanpassen. Daardoor zijn ze niet in staat zich fysiek en gevoelsmatig te verbinden met hun publiek. Bunq wel. En haar ‘publiek’ bestaat niet uit toeschouwers. Bunqers vormen een enorme denktank van gelijkgestemden: actief, vernieuwend, origineel en enthousiast.
Dus hoe ziet de toekomst er (mogelijk) uit? De bank als een verzameling uberhippe IT’ers?
Too small to prevail?
Bunq vormt een groeiende, steeds invloedrijkere community. Deze zal het vanzelfsprekend vinden dat je geen verborgen kosten hebt en niet hoeft te betalen voor iets dat je niet gebruikt. Die zal het ook logisch vinden dat de bank er voor jou is en niet omgekeerd.
Omdat bunq het pad heeft geëffend voor de uitgifte van nieuwe bankvergunningen, komen er meer nieuwe spelers zoals zij. Ook deze zullen op basis van idealisme, dienstverlening en technologie langzaam het oligopolie van de grootbanken aantasten. En dat is goed, ook voor de banken zelf. Het financiële systeem, dit is inmiddels bewezen, is een gevaar voor de samenleving en daarmee zijn banken een gevaar voor zichzelf.
Too small to prevail? Ik denk het niet.
Siebe Huizinga schreef ‘Breken met banken’, over de oprichtingsstrijd van bunq.