Zes tips voor verbetering van het duurzaamheidsverslag

De financiële toezichthouder AFM toont zich ongenomen met de opmars van de duurzaamheidsrapporten bij beursgenoteerde ondernemingen. Maar op zes punten zijn er nog verbeteringen mogelijk. Dit schrijft de waakhond in een rapport.
Over boekjaar 2023 zag de AFM al een goede eerste aanzet van de (dubbele)materialiteitsanalyse – het fundament van het duurzaamheidsverslag – ook al was de CSRD nog niet ingevoerd. Maar op zes punten kan het beter, zo rapporteert de AFM
1. Materialiteitsanalyse
In haar rapport stelt de AFM dat er duurzaamheidsverslagen zijn waar het onduidelijk is waarom onderwerpen al dan niet materieel zijn. Zo zijn gebruikte drempelwaardes niet begrijpelijk. “Zo wordt in sommige duurzaamheidsverslagen enkel de kwantitatieve drempelwaarde als verklaring gebruikt om een onderwerp als niet materieel aan te merken, zonder dat daarbij wordt toegelicht waar die drempelwaarde op is gebaseerd.”
Door belangrijke afwegingen toe te lichten wordt transparantie bevorderd en duurzaam handelen gestimuleerd. “Wij zien dat soms onduidelijk is of alle relevante onderdelen van de waardeketen zijn meegenomen”, zo schrijft de toezichthouder.
“Bijvoorbeeld de instroom van grondstoffen en de bijbehorende milieu-impact, of het gebruik van gevaarlijke stoffen. Wanneer dergelijke elementen buiten beschouwing blijven, ontstaat een onvolledig beeld van materiële duurzaamheidseffecten en hun potentiële gevolgen.”
2. Due dilligence
Volgens de AFM is due diligence een belangrijk proces om impact, risico’s en kansen voor de onderneming en haar waardeketen te identificeren en het relatieve belang ervan te bepalen. Een transparante toelichting over deze due diligence laat zien in hoeverre een onderneming grip heeft op het identificeren en beoordelen van impact, risico’s en kansen, schrijft de waakhond.
“Daarnaast is het van belang om goed toe te lichten hoe de uitkomsten van de due diligence de materialiteitsanalyse voeden. Wij zien dat het niveau van diepgang sterk varieert en merken op dat meer specifieke toelichting bijdraagt aan het begrip.”
3. Risico’s en kansen
Het is volgens de AFM ook belangrijk dat bedrijven een duidelijk beeld schetesen van waar de impact, risico’s en kansen zich voordoen en in welke tijdshorizonnen. “Dat geldt zowel voor ‘waar in de waardeketen’ als ‘waar in de eigen activiteiten’. Deze aspecten zijn cruciaal voor een goed begrip van impact, risico’s en kansen, hoe deze hun weerslag hebben op de onderneming of andersom; de manier waarop de onderneming impact heeft op de buitenwereld.”
De AFM ziet dat veel ondernemingen uit ons onderzoek deze relatie tussen de impact, risico’s en kansen en eigen activiteiten en waardeketen al leggen. Als goog practice noemt de toezichthouder ING Group, die in haar duurzaamheidsverslag weergeeft hoe de verschillende impact, risico’s en kansen relateren aan haar bedrijfsactiviteiten.
4. Analyse
Ook het analyseren van risico’s en kansen kan vaak duidelijker, volgens de AFM. De ESRS-standaarden verplichten dat voor elk relevant milieuthema wordt uitgelegd hoe deze impact, risico’s en kansen zijn vastgesteld. “Wij constateren dat er in de praktijk veel variatie is in de wijze waarop ondernemingen hierover rapporteren, zowel qua onderwerpen als qua diepgang.”
Zo typeren veel duurzaamheidsverslagen vervuiling, water, biodiversiteit en circulariteit als niet-materieel. Op zichzelf kunnen hier goede redenen voor zijn, zegt de AFM. “Wat opvalt is dat de toelichting van de analyse van impact risico’s en kansen hiervan vaak beperkt of niet aanwezig is, ook niet bij grensgevallen.”
“Regelmatig wordt alleen verwezen naar een algemeen materialiteitsproces, zonder dat duidelijk wordt hoe dit voor een specifiek onderwerp is toegepast. Dit leidt ertoe dat de lezer onvoldoende begrijpt hoe een thema is beoordeeld.”
5. Gevolgen
Volgens de AFM is de veerkrachtsanalyse in duurzaamheidsverslagen voor veel ondernemingen nog een uitdaging is. De relatie tussen de materiële onderwerpen en de veerkrachtigheid van de strategie en het bedrijfsmodel wordt niet vaak expliciet toegelicht.
“Terwijl dit juist relevante informatie is, omdat het iets zegt over de koers van de onderneming. Deze stelt organisaties in staat om in kaart te brengen in hoeverre hun bedrijfsmodel bestand is tegen toekomstige duurzaamheidsontwikkelingen en welke strategische aanpassingen nodig kunnen zijn.”
De waakhond denkt dat dit gebrek komt door de complexiteit en onzekerheid van toekomstige ontwikkelingen, zoals wijzigende regelgeving rond bijvoorbeeld vluchtige organische stoffen, of afhankelijkheden van schaarse grondstoffen, water of land.
“Daarom is het essentieel dat ondernemingen de relatie tussen hun impact, risico’s en kansen en de veerkracht van hun strategie en bedrijfsmodel structureel analyseren en hierover rapporteren, ook met het oog op de lange termijn.”
6. Financiële effecten
De AFM wijst tenslotte het van belang huidige en toekomstige financiële effecten van risico’s en kansen te belichten. Daardoor ontstaat een beeld over welke effecten van invloed zijn op de financiële prestaties en kasstromen. Deze informatie is van belang bij het maken van investeringsbeslissingen, aldus de AFM.
“Daarnaast sluiten deze begrippen en toelichtingen ook nauw aan bij internationaal gangbare rapportagenormen van de International Sustainability Standards Board (ISSB). Bovendien draagt deze wijze van rapporteren bij aan een betere aansluiting met het financiële gedeelte van het jaarverslag, de jaarrekening en met de risicoparagraaf van het bestuursverslag.”