Vier aanpassingen voor de cao nieuwe stijl

Werkgevers die niet meedoen verstoren concurrentieverhoudingen.

Werkgeversvereniging AWVn zet zich in om het cao-stelsel toekomstbestendig te maken en het overleg tussen cao-partijen te verbeteren. De collectieve arbeidsovereenkomst voorkomt ongewenste concurrentie op arbeidsvoorwaarden, AWVN.

Nederland telde begin vorig jaar 628 cao’s voor 6,2 miljoen werknemers. Jaarlijks worden ruim vierhonderd cao’s vernieuwd. Daarmee zijn er niet minder cao’s dan voorheen, maar het wordt wel moeilijker om cao-akkoorden tot stand te brengen. Ook groeien de delen van de economie waar geen of weinig cao’s worden afgesloten.

Aan werkgeverszijde speelt dat uiteenlopende belangen van diverse werkgevers in een bedrijfstak lastiger in één bedrijfstak-cao zijn te vangen. Ook schrikken nieuwe partijen terug voor het aansluiten bij of afsluiten van een cao, omdat ze vrezen dat er te weinig ruimte is voor maatwerk.

De Europese Unie wil dat in iedere lidstaat het aantal werknemers dat onder een cao valt tenminste 80 procent is. Nederland zit al sinds jaar en dag op ruim 70 procent. Groei van dat percentage gaat moeizaam omdat vooral bedrijven in  nieuwe bedrijfstakken zich vaak niet aansluiten bij de branchevereniging waardoor een bedrijfstak-cao niet algemeen verbindend wordt verklaard.

Teruglopende ledenaantallen van vakbonden ondermijnt bovendien het draagvlak en roept twijfels op bij werkgevers. Volgens AWVN is de cao nog steeds een uitstekend instrument om arbeidsvoorwaarden in ondernemingen en bedrijfstakken te regelen. Het is een cruciaal instrument voor de Nederlandse stabiliteit en concurrentiepositie.

Volgens AWVN moet de cao op vier belangrijke punten worden aangepast:

  1. Binnen cao’s moet meer ruimte komen om in plaats van algemene bepalingen, afspraken te maken die passen bij een specifiek bedrijf of bij de wensen van verschillende werknemers.
  2. Ook moeten werkgevers ruimere mogelijkheden krijgen een andere of een eigen regeling toe te passen (dispensatie), zolang dit niet leidt tot een lager niveau van arbeidsvoorwaarden.
  3. Verder moet onderzocht worden of er meer afwijkingen van de wet bij cao mogelijkzijn, zodat de cao aantrekkelijker wordt.
  4. Ten slotte moeten werknemers standaard de gelegenheid krijgen om mee te praten en te beslissen over hun cao, ook als ze geen lid zijn van een vakbond.
Gerelateerde artikelen