‘Sluiting dreigt voor kantoren die niet duurzaam genoeg zijn’
Volgens de regels moeten de kantoren vanaf 2023 namelijk aan bepaalde minimumeisen voldoen. Lukt dat niet, dan kunnen boetes volgen en in het ergste geval een sluiting.
Vastgoeddienstverlener Colliers constateert dat ongeveer een tiende van het Nederlandse kantooroppervlak nog geen energielabel C of beter heeft. En bijna twee op de vijf kantoren zouden nog niet eens een energielabel hebben, terwijl dit een vereiste is om over anderhalf jaar open te mogen blijven.
“Van de gebouwen die nu nog geen label hebben, is een deel in theorie wel duurzaam genoeg”, zegt duurzaamheidsexpert Jeroen Bloemers van Colliers. Kantoren die na 1989 zijn gebouwd, voldoen meestal wel aan de label C-eisen. Het aanvragen van een label is dan voldoende. Bij andere kantoren zullen vastgoedeigenaren nog werk moeten maken van verduurzaming. Dat kunnen soms ook relatief kleine investeringen betreffen, zoals het plaatsen van ledverlichting of het isoleren van het dak.
Vooral in middelgrote steden komt de verduurzaming van kantoren nog niet echt op gang. In Hengelo is bijvoorbeeld maar 29 procent van de kantooroppervlakte klaar voor 2023. In Assen en Venlo is de situatie met 34 procent niet veel beter. Deze plaatsen hebben vaak concurrentie van de grotere steden bij het aantrekken van bedrijven, met hogere leegstand als gevolg. Hierdoor komt er vaak te weinig geld binnen bij vastgoedeigenaren om te investeren in verduurzaming.
In de grootste kantorensteden van het land staan veel moderne kantoren met een goed energielabel. “Toch liggen juist hier veel verduurzamingskansen”, legt Bloemers uit. “Het gaat direct om grote oppervlakten. Zo is in Amsterdam 1,8 miljoen vierkante meter kantoorruimte nog niet 2023-proof.” In Utrecht heeft 80 procent label C of beter en daarmee is het volgens Colliers de duurzaamste gemeente. Dat komt vooral door de moderne bedrijvenparken Papendorp en Rijnsweerd, waar veel kantoren al label A hebben.