‘Overheidstekorten binnen EMU centraal financieren’
Als gevolg van de financiële crisis zijn de overheidsfinanciën van de diverse lidstaten sterk verslechterd. In reactie daarop zijn de renteverschillen binnen de eurozone scherp opgelopen. Boonstra constateert dat de financiële markten binnen de eurozone een bron van instabiliteit zijn.
Al jarenlang maken zij onvoldoende onderscheid tussen de staatsschuld van de diverse lidstaten. Nu schieten zij door naar de andere kant. In de markt wordt al openlijk gespeculeerd op het uiteenvallen van de Europese eenheidsmunt. Dit zou voor Europa desastreuze gevolgen hebben.
In de studie van Boonstra wordt voorgesteld om alle staatsschuld binnen de eurozone voortaan centraal via een gemeenschappelijk agentschap te financieren. Wel moet dit agentschap, dat fungeert als een doorgeefluik van financiële middelen, de lidstaten een opof afslag in rekening brengen, al naar gelang de kwaliteit van de overheidsfinanciën van de lidstaten.
In plaats van de discipline van de financiële markten, die in de praktijk niet goed werkt, komt de disciplinerende werking van dit agentschap, door Boonstra aangeduid als het EMU-fonds. De voordelen van deze aanpak zijn legio. De gemiddelde rente zal dalen vanwege de enorme liquiditeit van de nieuwe markt voor eurobonds.
Landen worden sneller ‘beloond’ of ‘gestraft voor een respectievelijk goed of slecht begrotingsbeleid. En er kan niet meer op het uiteenvallen van de euro worden gespeculeerd.
Boonstra benadrukt in zijn studie dat zijn voorstel er niet op neerkomt dat er een pan- Europees budget gaat ontstaan. Daarvoor ontbreekt het politieke draagvlak en het is ook niet nodig. Landen geven in dit voorstel weinig autonomie op, maar krijgen daar een sterkere euro en per saldo lagere financieringskosten voor terug.
De voorgestelde benadering kan in de praktijk worden ingevoerd zonder ingrijpende Verdragswijzigingen. Als een paar van de sterkste lidstaten het voortouw nemen kan een en ander op bijzonder korte termijn worden ingevoerd. De voordelen zullen dermate evident zijn dat ook de zwakkere lidstaten snel zullen willen aanhaken. Dit kan, maar dan wel op de door de koplopers gestelde voorwaarden.
Bron: Tijdschrift Financieel Management: Public Update ism Hopstaken & De Haan