Over de waarde van groei

COLUMN - Regelmatig krijg ik van beleggers de vraag waarom ik bereid ben ogenschijnlijk hoge waarderingen te betalen voor bepaalde aandelen van dikwijls vele keren de boekwaarde. Om dit te verduidelijken een eenvoudig voorbeeld: het eventueel heel succesvolle bedrijf van een kennis waar vooralsnog zelfs maar het bedrijfsidee ontbreekt...

Scenario 1: De potentiële ondernemer

Stel, een kennis wil een bedrijf starten en heeft alvast 100.000 euro op een zakelijke rekening gezet. Er is echter nog geen bedrijfsplan of product, en een idee daarvoor heeft de kennis evenmin.

Vraag: wat zou je betalen voor een belang van 20%?

Mijn antwoord: maximaal 20.000 euro.

Dit bedrag is de boekwaarde van het belang. Als een bedrijfsidee uitblijft kan het bedrijf worden opgeheven en heb je tenminste de inleg terug. Tegenwoordig vind je op de beurs helaas geen aandelen meer die je voor een fractie van de boekwaarde kunt kopen.

Scenario 2: De succesvolle ondernemer

Stel, in eerste instantie zag je van de investering af. Na een jaar verneem je dat de kennis een koffiezaak is gestart die inmiddels goed loopt. De 100.000 euro is geïnvesteerd in inventaris en de zaak genereert nu een nettowinst van 20.000 euro per jaar.

De kennis vraagt opnieuw of je interesse hebt in 20%.

Vraag: wat zou je nu willen betalen (ga gemakshalve uit van een discontovoet van 10%)?

Mijn antwoord: ik zou in dit geval bereid zijn maximaal 40.000 euro te betalen.

De waardering van het bedrijf in het geheel is daarmee 200.000 euro. Dit is tweemaal de boekwaarde, wat logisch is want de rentabiliteit van 20% is precies twee keer de discontovoet van 10%. Het bedrijf is winstgevend geworden en dat vertaalt zich direct in de waarde.

Scenario 3: De groeimotor

Voor veel beleggingen in mijn portefeuille betaal ik vaak ruim meer dan twee keer de boekwaarde. De reden hiervoor is de factor groei.

Stel dat de kennis mogelijkheden ziet om veel nieuwe vestigingen te openen. Ervan uitgaande dat die nieuwe vestigingen dezelfde aantrekkelijke rentabiliteit van 20% behalen, dan ligt de theoretische (of intrinsieke) waarde van het bedrijf veel hoger dan slechts twee keer de boekwaarde.

Wie aandelen van een ‘Starbucks in de dop’ kan kopen tegen slechts twee keer de boekwaarde doet vermoedelijk een bijzonder lucratieve aankoop.

Cruciaal is uiteraard het (subjectief) bepalen of de uitbreidingsplannen van de kennis wel realistisch zijn. De prijs die je in theorie maximaal mag betalen hangt immers volledig af van het groeiscenario. Hetzelfde verhaal gaat uiteraard op voor het beleggen in bedrijven die beursgenoteerd zijn…

Hendrik Oude Nijhuis is medeoprichter van beleggingsfonds ValueMachinesFund en heeft zich jarenlang verdiept in de strategieën van ‘s werelds beste beleggers. Zijn bestseller over Warren Buffett is gratis beschikbaar.

 

Gerelateerde artikelen