Monitoring Commissie: ‘Accountancysector moet nog flinke stappen zetten’

De accountancysector moet nog flinke stappen zetten om tot de noodzakelijke kwaliteitsverbetering en cultuur- en gedragsverandering te komen.

Dat concludeert de Monitoring Commissie Accountancy in haar rapport ‘Veranderen in het Publiek Belang’. De Commissie constateert dat de in 2014 voorgestelde maatregelen niet afdoende zijn om de oorzaken van de structurele problemen binnen de accountancysector op een adequate wijze aan te pakken.

De Commissie doet  daarom de aanbeveling om een diepgaandere analyse van de oorzaken van de problematiek binnen de sector te maken. Zij beveelt voorts aan om de veranderaanpak en de te nemen maatregelen, meer te richten op de prikkels in het hele systeem van de sector en accountantsorganisaties.

Onderzoek
De Monitoring Commissie Accountancy heeft de afgelopen negen maanden intensief onderzoek gedaan naar de invoering en werking van de 53 verbetermaatregelen uit het rapport ‘In het Publiek Belang’. De Commissie heeft tientallen gesprekken gevoerd en daarnaast bij 29 accountants-organisaties een uitvraag gedaan naar de invoering en werking van de verbetermaatregelen. De Commissie heeft onderzocht of de 53 maatregelen structurele problemen voldoende wegnemen. Vervolgens heeft de Commissie niet alleen beoordeeld of die maatregelen zijn ingevoerd maar ook of de maatregelen de beoogde effecten realiseren.

“Meer nodig”
Ada van der Veer, Commissievoorzitter: “Er wordt door de accountancysector hard gewerkt om te komen tot kwaliteitsverbetering en cultuurverandering. Voor die inspanning past waardering. Maar er is meer nodig. Uit ons onderzoek blijkt dat de oorzaken van de problematiek binnen de sector en de maatregelen onvoldoende op elkaar aansluiten, dat een aantal dieperliggende oorzaken nog onvoldoende wordt aangepakt en dat het veranderproces op een meer gebalanceerde wijze inhoud moet krijgen. Vanwege het publiek belang roept de Commissie de accountancysector op onze aanbevelingen voortvarend op te pakken.”

Bevindingen
De Commissie komt tot de volgende bevindingen:

? De Commissie stelt vast dat door de sector een stevige aanzet is gemaakt met het werken aan – met name de opzet van – de 53 door de Werkgroep in 2014 voorgestelde maatregelen, het verhogen van de kwaliteit van accountantsdiensten en het vormgeven van de cultuur- en gedragsverandering.

? De Commissie heeft (nog) niet de overtuiging dat de door de Werkgroep voorgestelde maatregelen, hoewel deze positieve effecten hebben, voldoende zijn om de oorzaken van de structurele problemen binnen de accountancysector zoveel mogelijk weg te nemen, alsmede om het vertrouwensherstel en het publiek belang adequaat te borgen.

? De Commissie constateert dat het los van de invoering en naleving van de voorgestelde maatregelen, nodig is de oorzaken van de problematiek van de sector beter inzichtelijk te maken en aan te pakken, om de noodzakelijke cultuur- en gedragsverandering en vertrouwensherstel te bereiken.
? De Commissie stelt vast dat het veranderproces blijvend aandacht vergt en vooral een meer adaptieve en op intrinsieke motivatie gerichte benadering in plaats van de door de Commissie vaak waargenomen technocratische en op compliance gerichte benadering.

? De Commissie heeft kennis genomen van de vorderingen die de afgelopen twee jaar binnen de accountancysector zijn gemaakt. Binnen alle te onderscheiden marktsegmenten (met name bij de grote accountantsorganisaties) zijn vorderingen gemaakt, maar overal moeten echter ook nog flinke stappen worden gezet; zeker in het segment van de niet-OOB accountantsorganisaties.

? Het zou naar de mening van de Commissie contraproductief zijn nu met een lijst met (aanvullende) maatregelen te komen. Dat doet de Commissie dan ook niet. Ook is de Commissie van mening dat de oplossing voor de accountancysector op dit moment niet moet worden gezocht in politiek ingrijpen en meer wet- en regelgeving.

Aanbevelingen
De Commissie doet de volgende aanbevelingen:

? Het opstellen van deugdelijke(re) oorzakenanalyses, en daarbij ook ‘wicked problems’ te adresseren, zoals het verdienmodel, het fraudevraagstuk en het vinden van een evenwichtige benadering tussen cliëntbelang en publiek belang.

? Het voorzien van de voorgestelde maatregelen van een adequate(re) onderbouwing en deze duidelijk koppelen aan geconstateerde oorzaken en aan te realiseren effecten. Daardoor ontstaat een logisch drieluik: de maatregelen nemen de oorzaken voor de problematiek binnen de accountancysector weg en dragen bij aan het realiseren van effecten zoals kwaliteitsverhoging, vertrouwensherstel en het dienen van het publiek belang.

? Het maken van een onderscheid en het verkrijgen van een betere balans tussen maatregelen die de cultuur binnen de sector en accountantsorganisaties raken (maatregelen gericht op systeemprikkels) en maatregelen die betrekking hebben op individueel gedrag (maatregelen gericht op individuele prikkels).

? Het gestructureerder vormgeven van het veranderproces. Onderdeel daarvan is het aanbrengen van balans tussen de technocratische en adaptieve aanpak van de maatregelen en het veranderproces, waardoor een daadwerkelijke en duurzame gedrags- en cultuurverandering kan worden bereikt.

‘Schijnzekerheid’
De Commissie is van mening dat indien deze aspecten in het veranderproces door de accountancysector niet worden benoemd, besproken en geadresseerd, de schijnzekerheid ontstaat dat de sector het veranderproces al heeft afgerond en er weer bovenop is na de invoering van de 53 vanuit de sector voorgestelde maatregelen.

De Commissie spreekt de hoop en verwachting uit dat de accountancysector zelf werk maakt van de in het rapport geconstateerde zaken. Met dit rapport biedt de Commissie de sector handreikingen om de structurele problemen van de accountancysector op een duurzame wijze aan te pakken, zodat het publiek belang wordt gediend en het vertrouwensherstel wordt bevorderd.

Gerelateerde artikelen