KPMG: Brexit heeft op douanegebied grote gevolgen voor Nederlandse economie
“Op douanegebied zal altijd een harde Brexit ontstaan”, zegt Leon Kanters, Hoofd van de Trade & Customs Group van KPMG Meijburg & Co. Kanters: “Dat betekent dat het Verenigd Koninkrijk voor de Unie een derde land zal worden en niet langer kan profiteren van de interne markt. Hierdoor zullen de handelsverhoudingen tenminste terug gaan tot het niveau van vóór 1993 en kunnen douaneformaliteiten niet worden vermeden. Als logistieke delta van de Unie heeft dit voor Nederland ingrijpende gevolgen. In Nederland wordt nu al bijna een derde van het totaal aantal douanetransacties van de Unie afgehandeld en dit zal naar verwachting fors toenemen wanneer alle communautaire leveringen van en naar het Verenigd Koninkrijk ook als uitvoer respectievelijk invoer moet worden aangemerkt.”
‘Cijfers schrikbarend’
De cijfers van de Nederlandse douane zijn volgens Kanters in dit verband schrikbarend. Kanters: “Het fysiek binnenbrengen en uitgaan van goederen neemt ten gevolge van de Brexit toe met respectievelijk 32% en 137%. Dit betekent dat 1.5 miljoen aangiften binnenbrengen en ruim 5 miljoen aangiften uitgaan extra verwerkt moeten worden. Ook de daadwerkelijke in- en uitvoer van goederen neemt met respectievelijk 18% en 33% fors toe. Bovendien moeten 1,2 miljoen extra zendingen onder douaneverband worden vervoerd, een toename van 30%. Het kan dan ook niet anders dan dat de Brexit tot een forse toename van handhavingsambtenaren gaat leiden. Met de beperkte horizon van 29 maart 2019 zal onmiddellijk met werving en scholing moeten worden begonnen om het proces enigszins in goede banen te kunnen leiden. Wachten op de uitkomst van de onderhandelingen en pas overgaan tot actie wanneer deze concreet is, heeft tot gevolg dat Nederland zich niet meer tijdig kan voorbereiden op de Brexit. Filemeldingen op zee en in de lucht worden dan wellicht net zo gebruikelijk als nu op ons wegennet.”
Eerste ervaring met douaneformaliteiten
Kanters constateert dat sommige bedrijven voor het eerst in hun bestaan te maken met douaneformaliteiten. Kanters: “De omvang van deze groep mag niet onderschat worden. Volgens cijfers zijn van de bedrijven die in 2016 een inkoop of verkoop hebben gedaan met het Verenigd Koninkrijk nog ruim 35.000 unieke BTW-nummers niet bekend bij de douane. Als deze bedrijven een aangifte zouden doen voor import of export, dan zou dit een stijging van 40% betekenen van het aantal ondernemingen dat een relatie met de Nederlandse douane onderhoudt. Van de nieuwe relaties hebben ruim 25.000 BTW-nummers een inkoop gedaan vanuit het Verenigd Koninkrijk met een waarde van €7,3 miljard. Dat betekent dat 30% van de waarde van de handel die met het Verenigd Koninkrijk is gedaan door ondernemingen die tot nu toe voor de douane onbekend zijn.”
Herbezinning noodzakelijk
Nederlandse bedrijven die al langer vertrouwd zijn met douaneformaliteiten zullen volgens Kanters het aantal douanetransacties in meer of mindere mate zien groeien. Kanters: “Ook deze bedrijven zullen zich moeten herbezinnen. Zij moeten zich afvragen of de wijze waarop de douaneafhandeling nu plaatsvindt nog wel de meest optimale is. In een groot aantal gevallen kan uitbreiding van het bestaande vergunningenpakket in combinatie met douanevereenvoudigingen uitkomst bieden. Hiervoor zal het bedrijf echter eerst moeten onderzoeken of het wel aan de door de douane gestelde voorwaarden voldoet. Bovendien zal het beoordelingsproces bij de douane door de verwachte grote toename van het aantal verzoeken meer tijd gaan kosten. Zeker wanneer bedrijven niet alledaagse vergunningen wensen of bijzondere verplichtingen hebben, kan het volledige proces een jaar of langer in beslag nemen. Het zal dan ook duidelijk zijn dat de tijd begint te dringen.”