Het kan nog erger bij inflatiekampioen Turkije
De inflatie in Turkije is in juni verder gestegen, tot 78,6 procent. Dat is het hoogste niveau sinds januari 1998. Vorige maand kwam de geldontwaarding nog uit op 73,5 procent en begin vorig jaar op 15 procent.
De inflatie vorige maand werd vooral aangejaagd door de kosten van transport, die met ruim 123 procent omhoog zijn geschoten. Ook een prijsexplosie van frisdranken (plus 94 procent) maakt boodschappen doen een stuk duurder. De stijgende prijzen van energie spelen eveneens een rol. De Turkse minister van Financiën Nureddin Nebati deed onlangs wel de belofte dat de consumentenprijzen vanaf december gaan dalen. De inflatie was afgelopen maand iets lager dan waar economen in doorsnee op hadden gerekend.
De Turkse inflatie komt al jaren structureel in de dubbele cijfers uit. Autoriteiten gaven voorrang aan economische groei en export. De Turkse president Recep Tayyip Erdogan vindt, in tegenstelling tot de gangbare theorie onder economen, dat een hogere rente zorgt voor hogere prijzen. Hij wil de goedkope lira gebruiken om de industrie van zijn land te helpen, omdat het dan voor andere landen goedkoper wordt om Turkse producten te kopen.
Die koersdaling voedt echter ook de inflatie, doordat invoer van bijvoorbeeld brandstof juist duurder wordt. De lira werd vorige maand opnieuw goedkoper ten opzichte van de Amerikaanse dollar. De Turkse munt is al tijden de slechtst presterende valuta van alle opkomende markten.
In aanloop naar de verkiezingen volgend jaar heeft de regering van Erdogan de minimumlonen opnieuw verhoogd, met zo’n 30 procent. In januari verhoogde Turkije ook al de lonen, met een recordpercentage van 50,5 procent.