Grove nalatigheid leidt tot aansprakelijkheid
De affaires rondom Enron, Worldcom doen vermoeden dat alleen Amerika een abonnement heeft op dit soort schandalen, maar ook in Nederland kunnen ze er wat van. KPN Quest, World Online, Landis, Numico, allemaal hebben ze te maken met beleggers die verhaal willen halen.
De eerste helft van 2002 was in de VS al goed voor 144 claims tegen bedrijven waarin de bestuurders aansprakelijk worden gesteld voor de geleden schade. In heel 2001 waren dat er nog 110. Van de huidige claims zijn er 15 goed voor meer dan $ 100 miljoen.
Ook in Nederland groeit het aantal claims. “Het is goed dat Nederland wordt wakker geschud”, vertelt Mirjam de Blécourt, partner van advocatenkantoor Baker & McKenzie. “Bestuurders en commissarissen moeten zich er van bewust zijn dat zij een grote verantwoordelijkheid hebben. De regels in Amerika zijn aangescherpt en er staan forse straffen op onbehoorlijk bestuur. Het is nog maar een kwestie van tijd voordat een deel van die strengere regels ook in Nederland zal worden ingevoerd. Niettemin geldt de persoonlijke aansprakelijkheid van de directeur in Nederland nu ook al en het is de vraag of de bestuurder daar bij het managen van zijn bedrijf wel voldoende rekening mee houdt”, waarschuwt Mirjam de Blécourt.
Premies stijgen explosief
Volgens de advocate is het natuurlijk allereerst zaak dat de bestuurder zijn taken zorgvuldig en integer uitvoert. “Maar desalniettemin is het raadzaam een aansprakelijkheidsverzekering of een minimumdekking af te sluiten. Dat is geen goedkope aangelegenheid want juist door de wantoestanden in Amerika zijn de verzekeringspremies daar explosief gestegen tot in enkele gevallen zelfs 1000%. Dat zullen we ook in ons land gaan merken in de portemonnee.”
De Blécourt: “Als een bestuurder zijn wettelijke verplichtingen niet nakomt, kan hij aansprakelijk worden gesteld. Hij is hoofdelijk aansprakelijk als door de jaarrekening of het jaarverslag een misleidende voorstelling wordt gegeven over de vennootschap. De beste man zal dan moeten bewijzen dat hem dat niet valt te verwijten. De commissaris kan eveneens aansprakelijk zijn en wel voor een ernstig tekort schieten in het houden van toezicht op het bestuur en de algemene gang van zaken in de vennootschap of in het geven van advies aan het bestuur. Met een dikke sigaar en een goed glas wijn de gang van zaken bespreken, is er niet meer bij. De commissaris zal zelf het bedrijf in moeten om zelf poolshoogte te nemen in gesprekken met werknemers of bijvoorbeeld de Ondernemingsraad. Bovendien moeten commissarissen niet uit de ledenlijst van de golfclub van de directeur worden benoemd, maar moeten worden gekozen op elk een eigen expertise die het toezicht ten goede komt.”
“Aansprakelijkheid geldt ook voor ‘kleinere’ zaken dan gesjoemel met cijfers”, vervolgt Mirjam de Blécourt. “Het Hof Amsterdam deed deze zomer uitspraak over de persoonlijke aansprakelijkheid van een directeur voor de affinanciering van het pensioen van een werknemer, die EURO 34.447 eiste. De vennootschap draaide over de jaren 1989 tot en met 1994 aanzienlijke verliezen, in totaal EURO 527.746. De onderneming was niet in staat om de koers zo te wijzigen dat er weer zwarte cijfers werden geschreven. In mei 1995 gaat het bedrijf dan ook in voorlopige surseance. Sinds 1990 is er sprake van een zeer aanzienlijke pensioenpremie achterstand. De directeur stelt als bestuurder, in strijd met zijn wettelijke plicht op grond van de pensioen- en spaarfondsenwet, de werknemers niet op de hoogte van de omvangrijke achterstand in pensioenpremies. En wat deze directeur de nek om deed, is iets wat veel bedrijven vergeten, namelijk het deponeren van de jaarstukken bij de Kamer van Koophandel. Omdat hij dit had verzuimd, oordeelde de rechter dat de werknemers dus niet konden weten van de achterstand. Maar omdat de betreffende werknemer onvoldoende duidelijk kon maken dat de directeur begin 1995 al wist dat hij zijn pensioenverplichtingen niet kon nakomen, werd de vordering afgewezen.”
“De werknemer laat het er niet bij zitten en gaat in beroep. In hoger beroep overweegt het Hof, op basis van het verslag van de bewindvoerders, dat er reeds in februari 1995 geen vooruitzichten meer bestonden dat de vennootschap de schuldeisers zou kunnen voldoen. Ook andere crediteuren zijn over de jaren 1990 tot en met 1994 immers onbetaald gebleven. Tevens was duidelijk, aldus het Hof, dat er ook geen betaling zou kunnen worden gedaan terzake van de affinanciering van zijn opgebouwde pensioenaanspraken.”
“De directeur wist of had moeten weten dat hij de pensioenverplichtingen van de werknemer niet zou kunnen nakomen en het bedrijf de schade die de werknemer als gevolg daarvan zou lijden niet zou kunnen betalen. De werknemer veronderstelde ten onrechte dat hij wel pensioen opbouwde en hij had dan ook zelf geen maatregelen getroffen om dit zelf te regelen. De directeur is persoonlijk aansprakelijk jegens de werknemer voor de schade die het gevolg is van het niet nakomen van de verplichting tot affinanciering van de per februari 1995 door de werknemer opgebouwde pensioenaanspraken ter hoogte van EURO 34.447.”