EU akkoord over ‘fatsoensnorm’ voor minimumloon
EU-landen moeten voortaan nagaan of hun minimumloon niet achterblijft bij de gemiddelde lonen. Het minimum moet iedere twee jaar bij de tijd worden gebracht, hebben de EU-lidstaten en het Europees Parlement afgesproken. De ‘fatsoensnorm’ waar hun principe-akkoord naar verwijst ligt een stuk hoger dan die in Nederland en veel andere landen.
EU-landen gaan zelf over de hoogte van het minimumloon en dat loopt nogal uiteen. Toch hebben ze nu regels afgesproken waar het in elke lidstaat aan moet voldoen. Zo moeten ze kijken of het gelijke pas houdt met andere salarissen, of het aan de toonbank nog wel dezelfde waarde heeft en of werknemers misschien productiever zijn geworden.
Nu de stookkosten stijgen en de boodschappen duurder worden hebben veel werkenden ook moeite om rond te komen en groeit de druk om het minimumloon op te schroeven. Onder andere Nederland heeft een verhoging aangekondigd en Duitsland maakt daar al dit jaar werk van.
Maar uit het principeakkoord dat onderhandelaars van het Europees Parlement en van de regeringen van de EU-landen hebben bereikt, vloeit voort dat het nog een stuk hoger moet, zegt Europarlementariër Agnes Jongerius. De PvdA’er vertegenwoordigde het parlement bij het overleg. Ze spreekt van “een duidelijk signaal dat we in Nederland moeten verhogen naar 14 euro”, omdat het minimumloon minstens de helft van het gemiddelde brutoloon en 60 procent van het mediaan brutoloon zou moeten bedragen.
De onderhandelaars moeten de deal nog voorleggen aan hun achterban, het voltallige parlement en de regeringen van de lidstaten. Als zij inderdaad instemmen, moeten de lidstaten in het vervolg iedere twee jaar beoordelen of het minimumloon nog toereikend is. Landen die het minimum altijd al laten meestijgen met de inflatie, mogen het bij eens in de vier jaar houden.
Het akkoord versterkt volgens Jongerius ook de rol van werknemers bij cao-onderhandelingen. Nederland zou bijvoorbeeld een actieplan moeten opstellen om voor elkaar te krijgen dat er meer werknemers onder een cao gaan vallen. Nederland haalt nu de afgesproken 80 procent nog niet.
De FNV is blij met de afspraken, maar vindt dat ze veel sneller moeten ingaan. Dat de lidstaten daarvoor twee jaar de tijd krijgen is “veel te lang”, zegt bestuurslid Petra Bolster. “Er is nu actie nodig.”
Het kabinet moet het minimumloon “nu in één klap verhogen naar 14 euro”, vindt Bolster. “Niet in ministapjes. En de uitkeringen moeten daaraan gekoppeld blijven.”
Het voornemen van het kabinet was om het minimumloon in 2024 en 2025 in totaal met 7,5 procent te verhogen. Een deel van die verhoging is inmiddels vervroegd en zou volgend jaar al ingaan. Om de 14 euro te halen zou het met een derde omhoog moeten.