De Volksbank kan nog niet op eigen benen
De bank achter merken als BLG Wonen, SNS, ASN Bank en RegioBank heeft mede door de lage rentestanden zijn financiële positie niet voldoend verbeterd. Daar doet ook de nieuwe strategie die eerder dit jaar werd gepresenteerd niets aan af. Sowieso is het niet aan het huidige demissionaire kabinet om over de toekomst van de Volksbank te beslissen.
Dat schrijft demissionair minister Wopke Hoekstra van Financiën in de zogeheten voortgangsrapportage. De Volksbank is sinds de nationalisatie van het oude SNS Reaal in 2013 in handen van de Nederlandse staat. Die pompte eerder dik 2 miljard euro in de organisatie.
Volgens de minister zijn de marktomstandigheden de laatste tijd niet verbeterd. De bank wist de kosten evenwel terug te brengen en zorgde er ook voor dat het geld op meerdere manieren werd verdiend. Maar volgens de NLFI, de stichting die de staatsdeelnemingen in financiële instellingen beheert, is het succes van de nieuwe strategie voor een groot deel afhankelijk van de opbrengsten uit rente.
De ontwikkeling van de rente is evenwel niet iets wat de bank zelf in de hand heeft. Het kan om die reden nog jaren duren alvorens de nieuwe koers zich ook uitbetaalt. Daarbij zal de bank eerst flink moeten investeren.
De laatste tijd rommelt het behoorlijk in de top van de bank. Zo werd financieel directeur Pieter Veuger vorig jaar ontslagen. Volgens de gewezen bestuurder was dat onterecht. Hij eist een schadevergoeding. Veuger zou met een lange lijst van mensen zijn gekomen die hij als getuige wil horen in de rechtszaal. Hoekstra is er daar een van.
Het ontslag van Veuger kwam vorig jaar op een moment dat hij pas een aantal maanden in dienst was. Later vertrok ook operationeel directeur Mirjam Verhoeven, na meningsverschillen over de gang van zaken, het te voeren beleid en de te volgen koers. En dit jaar kondigde president-commissaris Jan van Rutte aan de bank nog voor het aflopen van zijn tweede termijn te zullen verlaten.
De Volksbank liet eerder al onafhankelijk onderzoek doen naar de verstoorde verhoudingen in de top van de bank. Die ontstonden door misverstanden over de precieze taken van directeuren en die spanningen leidden incidenteel tot onderling “pestgedrag”, intimidatie en een “onveilige werksituatie” voor sommigen.