De kracht van motivatie
De basisgedachte is dat iedere professional over een uniek motivatiepatroon beschikt. Dat patroon bestaat niet alleen uit wat iemand innerlijk drijft, maar ook uit de vaardigheden die hij gemotiveerd gebruikt en de omstandigheden waaronder hij het best tot zijn recht komt. Juist de combinatie van deze verschillende elementen maakt zijn motivatiepatroon uniek.
In het industriële tijdperk zijn veelal piramidevormige organisaties ontstaan, ook wel lijnorganisaties genoemd. Daarin staat boven elke financieel professional een manager en daarboven weer een of meer. De taken en verantwoordelijkheden zijn opgedeeld in logische, bij elkaar behorende afdelingen waar de orders van hoger in de lijn worden uitgevoerd.
Of de financieel professionals die in de uitvoerende functies werkzaam zijn, ook maximaal gebruik kunnen maken van hun capaciteiten en natuurlijke talenten, daar is in veel gevallen (te) weinig aandacht voor. In de tijd van wederopbouw en industrialisatie moest het werk dat er was gedaan worden. En voor veel financieel professionals was het het belangrijkste dat ze werk hadden, de kwaliteit ervan woog minder zwaar.
Veel organisaties, zowel bedrijven als overheidsinstellingen, zijn helaas nog steeds op deze klassieke manier ingericht: als symbool daarvan is in de huidige economische situatie een shake-out gaande. De huidige beroepsbevolking is veel beter opgeleid dan vroeger; het gevolg hiervan is dat de capaciteiten en talenten van veel Nederlandse financieel professionals voor niet meer dan de helft worden gebruikt.
Als financieel professionals naar hun werk gaan, kunnen ze zichzelf bij wijze van spreken voor de helft thuislaten. Dat is voor alle partijen een gemiste kans. Voor de financieel professionals, omdat ze niet optimaal gebruik kunnen maken van hun potentie; voor de werkgevers, omdat ze niet uit hun financieel professionals halen wat erin zit. Er is in feite sprake van een mismatch tussen de manier waarop veel organisaties zijn ingericht en de mondige, goed opgeleide en creatieve financieel professional van nu en morgen.
Deze onderbenutting van potentieel doet ook de samenleving als geheel tekort, juist in een tijd van economische chaos en een periode waarin zich ingrijpende veranderingen aandienen. De theorie van het motivatiepatroon biedt een leidraad voor zowel ieder individu als de CFO’s van organisaties om iets aan bovengenoemde situatie te doen. De kern ervan is om financieel professionals en hun specifieke mogelijkheden enerzijds en organisaties anderzijds beter op elkaar te laten aansluiten.
Financieel professionals kunnen door uit te gaan van hun talenten en competenties, onder omstandigheden waarin die het beste ontplooid kunnen worden, streven naar een werkelijk passende functie. CFO’s en HRM-managers kunnen de juiste financieel professionals op de juiste functie plaatsen door rekening te houden met de motivatie en capaciteiten van nieuw talent en van financieel professionals die van binnen de organisatie voor promotie in aanmerking komen. Scholieren en studenten kunnen een beroepsrichting kiezen die aansluit op hun motivatie en aanleg, en de opleiding gaan volgen die ze daarvoor nodig hebben.
Meer ruimte voor diversiteit en individuele potentie zal leiden tot groter welbevinden van financieel professionals in hun werk, en daardoor tot de zo noodzakelijke grotere productiviteit voor organisaties, en zal tevens bijdragen aan de preventie van een burn-out. Financieel professionals die goed in hun vel zitten, zullen op hun beurt aanzienlijk meer verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen functioneren en dat van de organisaties als geheel.
Daarom juich ik de inzet van het model van Anton Philips toe en was zijn betoog voor mij de absolute bevestiging dat de inzet van analyse-instrumenten als basis voor coachingprogramma’s een prachtig fundament is onder de verdere ontwikkeling van de succesvolle en naar welzijn strevende financieel professional.