CPB pleit voor versoepeling aflossingseisen hypotheek
Veel Nederlandse huishoudens hebben niets aan hun vermogen als er een financiële tegenvaller is. Dat geld zit namelijk bij veel Nederlanders grotendeels vast in een huis of in een pensioenfonds, stelt het Centraal Planbureau (CPB). Het planbureau oppert om de aflossingseis voor hypotheken te versoepelen zodat mensen meer kunnen sparen. Ook een flexibeler pensioenstelsel zou kunnen helpen.
Het CPB stelt dat huishoudens vermogen opbouwen en schulden aangaan om hun consumptie gelijkmatig over het leven uit te smeren. Zo nemen jonge mensen vaak een hypotheek omdat ze zelf nog niet genoeg geld hebben om een huis te kopen, terwijl ze op latere leeftijd juist vaak meer verdienen dan ze uitgeven waardoor ze geld apart kunnen zetten voor later. Door te sparen stellen ze consumptie juist uit.
Het planbureau meent dat de optimale vermogensopbouw voor huishoudens er een is die zo’n spreiding ook mogelijk maakt. Daarbij sparen huishoudens niet alleen voor hun oude dag, maar bouwen ze ook voldoende geld op om onvoorziene tegenvallers te kunnen opvangen. Dat laatste schort er nu nogal eens aan. Budgetinstituut Nibud adviseert een buffer van tussen de 3500 en 6000 euro aan spaargeld, maar haast een kwart van de Nederlandse huishoudens heeft minder dan 2500 euro aan spaargeld.
Omdat vermogensopbouw “sterk wordt beïnvloed” door overheidsbeleid, zoals verplichte pensioenopbouw, hypotheekrenteaftrek en de bijbehorende aflossingseis, kijkt het planbureau naar die gebieden om het beleid aan te passen. Zo zouden huishoudens met veel overwaarde in de woning minder pensioen kunnen opbouwen of zouden jongeren een lagere pensioenpremie kunnen betalen dan ouderen. Het CPB waarschuwt wel dat hieraan risico’s kleven.
Ook zou de aflossingseis kunnen worden afgezwakt zodat huizenkopers alleen verplicht zijn bijvoorbeeld de helft van de woning af te lossen. Dat geeft hen meer ruimte om te consumeren, maar ook om een buffer op te bouwen. De aflossingseis is juist na de kredietcrisis ingesteld om te voorkomen dat huizenkopers in problemen komen met een aflossingsvrije hypotheek als de woningwaarde zakt of de aandelenmarkt instort.