Class actions, Amerikaanse toestanden in Nederland?
Een class action is eigenlijk een collectieve actie tot schadevergoeding. Dergelijke procedures vinden in de Verenigde Staten vaak plaats bij schade als gevolg van gebrekkige producten (zoals auto’s of huishoudelijke apparaten), ondeugdelijk voedsel of ondeugdelijke geneesmiddelen.
Class actions worden ook gebruikt door investeerders die in hun effectenportefeuille schade hebben geleden wegens onjuiste informatie bij de aankoop van aandelen en obligaties.
De procedures die in het kader van de Ahold-affaire in de Verenigde Staten worden voorbereid zijn daar een voorbeeld van.
Zijn dit nu ontwikkelingen die tot Amerika beperkt blijven? In zekere zin wel. In Nederland kennen we geen class actions. Dat komt waarschijnlijk doordat aan dergelijke collectieve procedures in Nederland minder behoefte is.
In Nederland hebben we (vooralsnog) een redelijk sociaal zekerheidsstelsel. Daardoor hebben mensen die schade geleden hebben minder snel de neiging om de gang naar de rechter te maken.
Maar het is de vraag of dat zo blijft. De sociale voorzieningen in Nederland worden soberder. De mensen zijn mondiger geworden. En bij dat laatste hoort ook dat men voor zijn rechten opkomt.
Zeker wanneer men schade heeft geleden die door verzekeringen niet of niet meer volledig wordt gedekt.
Onherroepelijk
Kort geleden heeft de minister van justitie bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend dat beoogt massaschade collectief af te wikkelen.
Dit wetsvoorstel maakt het mogelijk dat de rechter een overeenkomst die gesloten is tussen een stichting of vereniging (die de belangen van slachtoffers van massaschade behartigt) en een of meer andere personen, algemeen
verbindend verklaart.
In een dergelijke overeenkomst moet onder meer zijn opgenomen: de omschrijving van de groep van personen ten behoeve van wie de overeenkomst is gesloten, de aard en de ernst van hun schade en de vergoeding die aan deze personen wordt toegekend.
Indien de rechter op gezamenlijk verzoek van de partijen de overeenkomst verbindend verklaart, betekent dit dat in beginsel voor iedereen tot wie de overeenkomst zich uitstrekt, een onherroepelijk financieel akkoord tot stand gekomen is.
Daarbij doet het er dus niet toe of de persoon in kwestie feitelijk van de
overeenkomst op de hoogte was. Voldoende is in beginsel dat hij of zij tot de in de overeenkomst aangeduide groep van personen behoort, dat hij of zij gelijksoortige schade heeft geleden en dat de overeenkomst door de rechter verbindend is verklaard.
Daarmee heeft ook in Nederland de collectieve actie bij schadezaken in zekere zin haar intrede gedaan.
Wanbeleid
Daarnaast moet bedacht worden dat de enquêteprocedure, die bij de Ondernemingskamer plaatsvindt, nogal eens benut wordt voor collectieve doeleinden.
Denk aan de enquêteprocedures die door de VEB begonnen worden of door deze organisatie worden gesteund. Wanneer een enquêteverzoek wordt toegewezen, vindt er een onderzoek plaats naar bepaalde feiten en gebeurtenissen in een onderneming.
Daarbij kan het gaan om gebeurtenissen waardoor aandeelhouders, financiers en anderen financiële schade geleden hebben.
Op basis van het onderzoeksrapport zal de Ondernemingskamer meestal een
oordeel vellen over de handelwijze van bestuurders en commissarissen van de onderneming.
Hebben het bestuur en/of de Raad van Commissarissen ernstig gefaald, dan zal de Ondernemingskamer doorgaans oordelen dat er sprake is geweest van wanbeleid.
En juist om dat laatste zal het aandeelhouders en andere belanghebbenden veelal gaan. Het oordeel wanbeleid biedt namelijk een belangrijke steun voor de stelling dat bestuur en Raad van Commissarissen onrechtmatig hebben gehandeld. De weg tot het vorderen van schadevergoeding ligt daarmee veelal open.
Guus Kemperink is advocaat bij Lovells Amsterdam