‘CFO moet gezondheid van organisatie anders meten’

Het merendeel van de waarde van een bedrijf is afgeleid van immateriële activa, zoals klantsentiment en merk. Toch zeggen maar weinigen van de ondervraagde financeprofessionals dat zij toegang hebben tot de juiste data om deze essentiële onderdelen van hun business te meten en monitoren – slechts 16 procent als het gaat om klantsentiment.
 
Het onderzoeksrapport – gesteund door Oracle – stelt dat het meten van de bedrijfswaarde van dergelijke immateriële activa met innovatieve KPI’s alleen nog maar belangrijker wordt naarmate het aantal digitale businessmodellen verveelvoudigt. De afgelopen jaren zijn immateriële activa steeds belangrijker geworden. Op dit moment zijn ze goed voor 80 procent van de waarde van bedrijven in de S&P 500 Index. De respondenten in het EMEA-onderzoek geven aan dat dit de belangrijkste waardebepalende factoren voor hun bedrijf zijn: klanttevredenheid (75 procent), kwaliteit van bedrijfsprocessen (62 procent) en klantrelaties (62 procent).
 
Echter, uit het onderzoek komt ook naar voren dat financeprofessionals in EMEA lastig toegang hebben tot data omtrent immateriële activa en moeite hebben deze te analyseren. Slechts 16 procent is bijvoorbeeld in staat data over klantsentiment te verzamelen en analyseren. En eveneens 16 procent heeft toegang tot data over de impact van zijn merk op zijn business. Slechts 29 procent zegt de kwaliteit van zijn bedrijfsprocessen te kunnen meten.
 
“Finance heeft de juiste kaarten in handen om de leider van het moderne bedrijf te worden. Maar voor het zover is, is het zaak dat de afdeling gebruikmaakt van relevante data vanuit de hele organisatie met moderne, cloud-gebaseerde ERP- en performancemanagementsystemen”, zegt Laurent Dechaux, vicepresident Oracle Applications. “Zonder deze mogelijkheid is er het gevaar dat digitaal onderlegde lines of business finance volledig voorbijlopen, en dat ze hun eigen strategische inzichten rechtstreeks bij het management neerleggen.”
 
De respondenten werd gevraagd naar de mate waarin finance is afgestemd op de ondersteuning van nieuwe waardebepalende factoren. Slechts 10 procent gaf aan dat finance in zijn organisatie in zijn geheel betrokken is bij ‘het bieden van niet-financiële maatregelen voor vooruitgang in de richting van strategische voornemens’.
 
Dr. Noel Tagoe, werkzaam voor FCMA en CGMA, executive director of education van CIMA en een van de auteurs van het onderzoeksrapport: “Nu digitalisering het voor bedrijven moeilijker maakt zich te onderscheiden, is de kwaliteit van besluitvorming essentieel geworden voor succes. En finance kan het voortouw nemen om deze kwaliteit te garanderen. Deze afdeling heeft het bedrijfsbrede overzicht en de vaardigheden die benodigd zijn voor het samenwerken met verschillende interne stakeholders. Zo zorgt finance ervoor dat de business data verzamelt, analyseert en toepast om de prestaties te verbeteren.”

• The Digital Finance Imperative