‘Business Controllers missen te vaak boekhoudkundige kennis’
'We zijn doorgeslagen in de focus op business controllers. Velen kunnen niet eens meer echt boekhouden', zegt Albert Allmers van FinanceFactor.
Het vinden van ‘complete’ controllers is geen kinnesinne, zo blijkt uit de woorden van directeur Albert Allmers van FinanceFactor. ‘Al jaren horen we dat de (business) controller dichter tegen de business aan moet zitten en op interpersoonlijk vlak sterk moet zijn, maar veel zogenaamde business controllers kunnen vaak niet meer echt boekhouden. Dat is een probleem’, zegt Allmers stellig.
In zijn optiek heeft de markt zich te veel gericht op financiële professionals met een masteropleiding of een MBA. Bij voorkeur van de bekende universiteiten. Maar op de universiteit leer je niet echt meer diepgaand boekhouden. Het SPD (Staatspraktijkdiploma Boekhouden), waar je echt leerde boekhouden, is allang niet sexy meer’, concludeert Allmers. Door deze ontwikkeling zijn er veel business controllers die journaalposten krijgen aangeleverd, maar de onderliggende data niet goed begrijpen.
Controllers voelen zich onvolledig
Wanneer een jonge professional binnenkomt bij FinanceFactor krijgt deze vaak training op het gebied van crediteuren, opstellen van journaalposten, balansspecificaties, het beheren van het grootboek en vervolgens kan hij doorstromen naar een business controlfunctie. In dit proces is het belangrijk dat een aanstaande business controller ergens de kans krijgt zich verder boekhoudkundig te ontwikkelen. ‘Controllers voelen zich vaak onvolledig, maar krijgen niet altijd de kans zich te ontwikkelen binnen een bedrijf’, geeft Allmers aan.
Volgens hem is hier in de markt echter steeds minder ruimte voor. Vroeger gold een breder profiel als controller als een pré. ‘Ervaring binnen meerdere branches in diverse rollen werd op waarde geschat. De huidige trend is dat bedrijven vooral controllers zoeken met ervaring binnen dezelfde branche’, zegt Allmers. Zo geeft hij het voorbeeld van een project bij Bugaboo waar iemand wordt gezocht met ervaring binnen productie en retail. Aangezien het bedrijf ook zelf de productie doet, zoeken zij ook iemand die expliciet ervaring heeft met bijvoorbeeld cost accounting.
Durf buiten je eigen branche te kijken
Hoewel Allmers dergelijke wensenlijstjes begrijpt, betreurt hij de trend dat bedrijven voornamelijk professionals zoeken met ervaring in dezelfde branche. ‘Ik probeer een luis in de pels te zijn door bedrijven te adviseren dat zij zich in de zoektocht naar personeel op het competentieprofiel en persoonlijkheid richten. Kennis en vaardigheden kun je relatief eenvoudig ontwikkelen’, houdt Allmers voor.
Bedrijven moeten volgens hem af van het ‘inteelt-idee’ en over de grens van hun eigen branche heen durven kijken. De inwoner van Wassenaar concludeert knipogend dat klanten weliswaar vaak eigenwijs zijn, maar steeds vaker out-of-the-box denken. Allmers zet zijn woorden kracht bij met een voorbeeld. ‘Een ingenieursbureau zocht iemand met ervaring in de urenindustrie en een technische omgeving. Zo’n persoon had ik op dat moment niet beschikbaar, maar wel een zeer intelligente dame die goed bij het bedrijf paste. Toen heb ik het ingenieursbureau op het hart gedrukt een keer met haar te gaan praten. De eerste maandafsluiting moest zij meekijken, maar drie maanden later draait zij volledig zelfstandig mee. De technische projecten heeft zij zich inhoudelijk eigen gemaakt. De klant is enorm tevreden’, zegt Allmers enthousiast.
Controller woont niet langer in spreadsheet
Allmers ziet de rol en daarmee de weekindeling van de controller snel veranderen. ‘Vroeger was de controller vier, misschien wel vijf dagen per week bezig met het verzamelen en analyseren van data. De controller woonde in zijn spreadsheets. Nu kosten deze taken dankzij vereenvoudigde processen en betere IT-systemen 1,5 tot 2 dagen per week’, stelt Allmers.
Het resterende deel van de week besteedt de moderne controller aan strategie, interactie met beleidsmakers en persoonlijke ontwikkeling. ‘Op het gebied van interactie voeg je als controller nog iets toe, want dat is niet te automatiseren’, voorziet Allmers. Controllers moeten volgens hem het lef tonen om na te denken over toekomstige verdienmodellen van de onderneming. ‘Neem Bugaboo. Het bedrijf is bekend van de kinderwagens, maar zij noemen zich bouwer van mobiliteitsconcepten. Mij zou het niet verbazen als zij iets als een klein autootje voor moeder en kind ontwikkelen. Aan een dergelijke productontwikkeling gaan een hoop onderzoeken met financiële onderbouwing vooraf’, legt de voorman van FinanceFactor uit. ‘Pak als controller je rol met strategische impact.’
Coaching is belangrijk
Controllers blijven volgens de directeur nu vaak situationeel aan de boekhoudkundige kant hangen. ‘Ze weten veel, maar durven het niet altijd te uiten’, zo schetst Allmers. Lef en durf worden steeds belangrijker in de beroepsgroep waarvan de leden vaak redelijk introvert zijn.
Hij geeft toe dat het lastig is om zulke persoonlijke eigenschappen te ontwikkelen. ‘Toch is het niet onmogelijk. Je kunt met coaching zeker stappen maken met bijvoorbeeld introverte mensen. Stel je voor dat je introversie kunt meten op een schaal van 1 tot 9, waarbij 1 staat voor zeer introvert. Een 1 kun je nooit een 9 maken, maar wel een 4 of 5. Introverte mensen kunnen de top halen als controller, maar niet zonder coaching’, denkt Allmers. In sommige gevallen zullen coaches tegen de grenzen van hun vakgebied aanlopen. ‘Wanneer introversie geboren is vanuit traumatische ‘vorming’ dan is het nuttig een psycholoog in te schakelen’, zegt hij. Een coach moet hierin tijdig zijn grenzen onderkennen.
Er zijn meer problemen die Allmers als coach tegenkomt. Soms ziet hij talentvolle financials die binnen een bedrijf niet de ruimte krijgen van hun leidinggevende. ‘Vaak is er dan door een leidinggevende bewust een zwakker iemand aangenomen. In zulke gevallen adviseer ik deze talenten om hun situatie bespreekbaar te maken met de algemeen directeur. Mocht dit niet het gewenste effect hebben dan coach ik zo’n persoon richting een exit. Een leidinggevende moet het lef hebben zich te omringen met sterke(re) krachten. Alleen zo kun je een finance team naar een hoger niveau tillen’, aldus Allmers.
Blijf investeren in jezelf
Ongeveer twee jaar geleden vertelde Allmers tegenover FM.nl dat het lastig was om goede controllers te vinden. Deze situatie is volgens hem niet veranderd en zal dat in de nabije toekomst ook niet doen. Er wordt volgens Allmers steeds meer verwacht van controllers. Zo wordt het risicomanagement steeds belangrijker. ‘Mensen hebben uit ambitie de neiging om steeds meer business binnen te halen. Maar wat is het risico dat een bedrijf loopt als zij veel business binnenhaalt? In de projectindustrie zijn de marges laag en risico’s hoog’. Daarnaast constateert hij een schaarste aan controllers die in staat zijn om over hun eigen discipline heen te kijken.
Volgens de recruiters zijn controllers nog niet helemaal doordrongen van de hogere eisen die aan hen worden gesteld. ‘Controllers moeten echt gemiddeld vier uur per week investeren in persoonlijke ontwikkeling. Dit betekent niet PE-punten vergaren op een congres en na de lunch weggaan, maar jezelf echt inhoudelijk verbeteren’, zegt Allmers gepassioneerd. Veel zzp’ers focussen zich volgens hem te veel op declarabiliteit. Controllers in loondienst stellen zich te afhankelijk op van wat hen top-down wordt aangeboden. ‘Ik hou zzp’ers voor dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor een gezonde bedrijfsvoering. Ze moeten dus blijven investeren in zichzelf, want zij zijn zelf het product. De kost gaat voor de baat uit. Mensen die focussen op declarabiliteit zitten ook af en toe maanden thuis. Gebruik die tijd om jezelf te ontwikkelen. Luister goed naar de markt. Hoor je veel over Prince 2, Power Pivot of een Blackbelt? Kijk dan of dit bij je past’, adviseert Allmers. ‘Zzp’ers die veel in zichzelf investeren zitten nooit zonder opdrachten.’
Pre-mobiliteit als nieuwe trend
Ook medewerkers in loondienst moeten volgens Allmers zelf blijven investeren, ook als de baas niet alles wil betalen. ‘De tijden van lifetime employment zijn allang voorbij. Gemiddeld veranderen we tussen de 3 en 7 jaar van baan’, zegt Allmers. Ondanks dat werknemers zich nog zelden levenslang aan één baas binden doen bedrijven er goed aan om middels het aanbieden van opleidingsmogelijkheden personeel langer aan zich te binden. ‘Bovendien kun je er als bedrijf ook iets uithalen. Bij het behalen van een ‘black belt’ zit een praktijkmodule die ingezet kan worden voor het optimaliseren van financiële processen van het bedrijf’, licht Allmers toe.
Hij noemt de nieuwe ontslagregeling waarin een transitievergoeding besloten zit dan ook goed nieuws. Hierdoor worden werknemers meer gedwongen over hun toekomst na te denken en te investeren in opleidingen. Daarnaast ziet Allmers dat steeds meer bedrijven bezig zijn met pre-mobiliteit. Zo is hij zelf betrokken geweest bij het opzetten van de Finance Academy bij de Sociale Verzekeringsbank. Via een catalogus kunnen controllers uitzoeken hoe zij zich per fase als professioneel verder kunnen ontwikkelen. ‘Door je op voorhand af te vragen wat je moet doen om jouw persoonlijke mobiliteit te vergroten als er bepaalde kennis mist, voorkom je outplacementtrajecten’, besluit Allmers.