Blog: ‘Dieper inzicht in duurzaamheid en verandering’
In een tijd waarin ons economisch systeem zijn grenzen lijkt te bereiken, richt David Bohm’s boek “Over Dialoog” een scherp licht op de noodzaak van verandering en duurzaamheid. Om daar te komen, moeten we eerst de fouten in ons denksysteem aanpakken. ESG-adviseur en ontwikkelaar van de driedaagse mastercourse ‘Duurzame economie met ESG’ Oscar van Voskuilen vertaalt de ideeën naar concrete stappen.
Een tijd geleden stuitte ik op het boek van David Bohm: Over Dialoog. Het boek trok mijn aandacht, omdat volgens mij steeds meer mensen inzien dat ons huidig economisch systeem aan een grens gekomen is en vraagt om hervorming en duurzame verandering. Economie als middel, als instrument om sociale, ecologische en economische waarde te creëren.
David Bohm is van mening dat economieën en samenlevingen bij elkaar worden gehouden door een zogenaamde ‘onbewuste laag’. Onze gedachten borrelen op vanuit deze ‘onbewuste laag’ en elke fundamentele verandering in het denken is als een paradigmashift afkomstig vanuit deze laag. In deze shift van bewustwording schuilt de kracht van verandering en hervorming op weg naar een duurzame economie.[Blog gaat verder na de volgende alinea]
Want als deze shift in ons denken opborrelt dan hebben we vervolgens zelf de keuzevrijheid om ons wel/niet anders te gaan verhouden tot de ander en de planeet. ‘Ineens’ kan ons geweten gaan spelen en/of kunnen we ons zelfbewustzijn en voorstellingsvermogen vergroten. ‘Ineens’ hebben we het vermogen om zelf een antwoord te kiezen. Dat is onze eigen verANTWOORDelijkheid en ons zelfsturende vermogen.
Om daar te komen is eerst een grote schoonmaak van ons denksysteem nodig. Bohm beschrijft vier systeemfouten in ons denken;
1. Ons denken zit niet opgesloten in ons hoofd
Ons denken zit niet opgesloten in ons hoofd, het denken ontwerp de buitenwereld en die buitenwereld stuurt ons denken onbewust. Met andere woorden we zijn altijd geconditioneerd door invloeden van buitenaf. Alles wat we denken denken we dus niet zelf, maar wordt onbewust door onze omgeving ingegeven. Sociale media is hierin een ernstige manipulatie van de geest. Je moet dus niet alles geloven wat je denkt. Het is een meesterkunst om uit te vogelen welke gedachten en verhalen nu wel en niet van buitenaf geconditioneerd zijn.
2. Het denken toont de wereld als een feitelijk gegeven.
De wereld is zoals die is en jij geeft betekenis aan die dingen die jij wilt. Dat is jouw eigen waarheid en jou eigen verantwoordelijkheid. Het denken doet alsof het een passief medium is dat doorgeeft wat er ‘buiten’ gaande is. We maken hierbij ook bijna altijd gebruik van ‘feitelijke’ modellen. Maar deze veelal lineaire modellen zijn altijd een versimpeling van de ‘werkelijkheid’. De modellen laten altijd iets weg wat er wel is en ook toe doet. Hoe abstracter iets gemaakt wordt hoe meer ‘waar’ het wordt gevonden.
3. Ons totale onvermogen om te luisteren
We zijn zo verslaafd aan het herhalen van onze eigen geconditioneerde gedachten, gevoelens en ervaringen dat we alleen binnenlaten dat past bij die gedachten, gevoelens en ervaringen. We luisteren niet omdat we altijd op onze hoede zijn voor gezichtsverlies. We willen niet onze kwetsbaarheid tonen en daarom schieten we vaak ik een defensieve reflex welke ingegeven wordt door ons reptielenbrein welke vol met overlevingsinstincten en vlucht- of vechtreflexen zit. Maar met écht luisteren kom je los van je eigen (reptielen)denksysteem. Luisteren is ook een meesterkunst en maakt geheel nieuwe interacties mogelijk. Oprechte aandacht is een katalysator in dit proces.
4. Het idee dat ‘jezelf’ als een geïsoleerde en onafhankelijke ‘stand-alone’ bestaat
We denken vaak dat onze gedachten en gevoelens door ons zelf worden veroorzaakt. Al mijn gedachtes en gevoelens zijn dus van mij. Het externe en collectieve karakter wordt in deze gedachtegang volledig ontkent. Het idee dat er een totaal onafhankelijke ‘vrije ik’ bestaat klopt niet. Er is sprake van wederzijdse afhankelijkheid. ‘Alles’ is met ‘alles’ verbonden. ‘Jezelf’ wordt hierin diep sociaal en ‘van buitenaf’ bepaald. Jij hebt die ander nodig om jezelf een identiteit te kunnen geven. En die ander heeft jou nodig.
Het fundament van ESG; dubbele materialiteit
Deze wederzijdse afhankelijkheid en identiteit zie ik ook terug in het fundament van ESG; dubbele materialiteit. Als bedrijf ben je geen onafhankelijke stand-alone die alleen maar financieel focust op eigen belang, risico’s en kansen (outside-in, financiële materialiteit). Als bedrijf ben je, inclusief je waardeketen, een collectief en ben je wederzijds afhankelijk van planeet, mens en samenleving. Daarom dien je als bedrijf ook te beseffen welke impact je hebt op planeet, mens en samenleving (inside-out, impact materialiteit).
Het besef van wederzijdse afhankelijkheid en dubbele materialiteit is een ‘hogere waarde’ dan onafhankelijkheid en eigenbelang. Het is een volwassener uitgangspunt en de ‘next step’ in ons besef van wat het betekent om mens te zijn. Dit besef kan zomaar ‘ineens’ opborrelen uit onze onbewuste laag in ons denken op weg naar een duurzame economie met ESG.