Besparen op energiekosten van uw bedrijf
Veel bedrijven weten te weinig van hun energieverbruik. Jammer. Want het is inderdaad even 'gedoe' om precies uit te zoeken hoe het ervoor staat. Maar dat leidt meestal tot de ontdekking van allerlei uiteenlopende besparingsmogelijkheden. En dat kan flink geld schelen. Bovendien valt er te profiteren van aantrekkelijke subsidies en fiscale voordelen.
Bedrijven weten natuurlijk wel vaak wat ze aan energie kwijt zijn, en misschien zijn ze van leverancier gewisseld voor een gunstiger tarief. Ze hebben een timer op de verwarming en sensoren voor de verlichting, zodat die alleen aanstaan als er mensen aanwezig zijn ? hoewel je op dat gebied nog voor flinke verrassingen kan komen te staan. Ze hebben niets tegen betere isolatie of zonnepanelen op het dak, maar denken de investering niet terug te verdienen en zien op tegen het gedoe.
Jammer, want volgens Frank van Opstal (energiebesparingspecialist bij Expense Reduction Analysts) liggen er flinke besparingsmogelijkheden.
Waar moet je naar kijken, grofweg?
• Waar wordt de energie precies ingekocht?
• Het gebouw zelf. Hoe oud is dat? Wat is de staat ervan? Hoe staat het met de spouwmuren en de sluiting van de ramen en deuren? Hoe ziet het dak eruit? Meestal geldt: hoe ouder, hoe meer er te verbeteren valt, maar ook bij nieuwere gebouwen heeft de architect niet altijd goed rekening gehouden met energieverbruik.
• De indeling van het gebouw. Is daar over nagedacht? Zitten de mensen op een gunstige manier verdeeld over het gebouw, staat die voorraad meubels niet net op de plek die het gemakkelijkst warm of juist koel te houden is? Staat het archief in de ruimte die daarvoor het meest geschikt is? Weet het bedrijf dat een goed geplaatst tussenwandje in een grote ruimte al een hoop kan schelen?
• De behoefte van de gebruikers. Wanneer zijn ze aanwezig, wat doen ze vooral? Wisselt het energiegebruik of is het goed voorspelbaar?
• Het gedrag van de gebruikers. Houden ze rekening met het energiegebruik? Staan de ramen en deuren altijd open?
• De installaties zelf. Hoe oud zijn die en hoe ‘intelligent’? Staan ze goed afgesteld en zijn ze goed ingeregeld?
• De installaties onderling. Zijn die op elkaar afgesteld of staan de verwarming en de ventilatie of koeling juist tegen elkaar in te werken?
• De verlichting zelf. Wat voor soort lampen worden er gebruikt? Wordt er met sensoren en timers gewerkt?
• Wat is er recent veranderd?
Is de situatie eenmaal duidelijk, dan kan worden nagedacht over mogelijke besparingen. Besparingen hebben uiteraard twee positieve gevolgen: het is beter voor de portemonnee en voor de footprint van het bedrijf, ofwel het milieu. Daar is trouwens ook weer verband tussen, want een duurzaam functionerend bedrijfspand is meer geld waard. Maar er is nog een derde reden om naar besparingen te kijken, en dat is regelgeving.
Regelgeving
Sinds 1 januari 2014 is het voor middelgrote en grote energieverbruikers verplicht om de energiebesparende maatregelen te treffen waarvan de investeringen zich binnen vijf jaar terugverdienen. De overheid controleert dit en zal relevante aanpassingen afdwingen. Alleen kleinere bedrijven hebben die verplichting niet (gebruik < 50.000 kWh en/of < 25.000 M3 aardgas per jaar).
Subsidies, fiscale voordelen en ESCo’s
De overheid stimuleert energiebesparende maatregelen niet alleen met regelgeving, maar ook met subsidies en fiscale voordelen, zoals EIA, KIA, MIA, VAMIL en SDE+. Het is geen eenvoudige materie.
Ook zijn er investeerders bij te betrekken, zoals groene banken en ESCo’s (Energy Service Companies). ESCo’s nemen de investeringsverplichting, de exploitatie en het onderhoud van gebouwgebonden installaties van de eigenaar over op basis van een prestatiecontract (voor een periode van 7 tot 25 jaar). Zij voegen waarde toe aan het gebouw door het energiegebruik en de CO2-uitstoot te verlagen, en besparen uiteraard op de kosten van de eigenaar. Een dergelijke partij is alleen interessant voor grotere partijen, die een hoop energie verbruiken.
Specialist
Niet iedere directeur en ook niet iedere facilitair manager is op de hoogte van alle ontwikkelingen. U kunt er iemand naar laten kijken die gespecialiseerd is in energiebesparing. Iemand die precies voor u kan uitrekenen wat de terugverdientijden zijn van de diverse investeringen, die voor u onderhandelt, die de markt goed kent, die weet welke subsidies er te krijgen zijn en hoe je daarvoor in aanmerking komt, de aanvragen afhandelt en u de rompslomp uit handen neemt. En desgewenst een ESCo voor u kan opzetten. Er zijn vele specialisten. Sommige daarvan zijn volledig onafhankelijk van leveranciers, installateurs, overheidsinstanties of wat voor bedrijf dan ook.
Snel terugverdiend:
• betere contracten met de leverancier
• beter ingestelde apparatuur
• een beter gebruik van het pand / andere indeling
In maximaal vijf jaar terugverdiend:
• moderner TL-licht, of nog veel beter: LED-licht
• warmtepompen installeren, waarmee warmte wordt opgewekt uit water of lucht
• automatisering, bijvoorbeeld afstelling per ruimte; intelligentere monitoring en management
In tien tot twintig jaar terugverdiend:
• zonnepanelen
• dubbel glas
• isolatie muren en dak
• koude- en warmteopslag
• sedum op het dak
Frank van Opstal (fvanopstal@expensereduction.com) is energiebesparingspecialist bij Expense Reduction Analysts dat in 1992 in Groot-Brittannië is opgericht en wereldleider is in kosten- en inkoopmanagement, op basis van no cure no pay.