Bedrijven gaan inflatie voelen in hun portemonnee
Levensmiddelenconcern Nestlé waarschuwt dat het niet immuun is voor de kosteninflatie die de sector teistert. Het Zwitserse concern, bekend van onder andere de chocoladerepen van KitKat en Lion, Nespresso-koffie, maar ook van de Maggi-bouillonblokjes en Wagner Pizza’s, verwacht dat de oplopende prijzen de winstgevendheid van het bedrijf zullen raken.
Volgens topman Mark Schneider zullen de inkoopkosten dit jaar naar verwachting sterker stijgen dan in 2021. Het bedrijf zal die extra kosten gaan doorberekenen aan zijn klanten. Dat gebeurt volgens hem “over de hele linie, in alle regio’s en categorieën”.
Het effect van de moeizame onderhandelingen met supermarkten was eerder dit jaar te merken bij onder andere Albert Heijn. De supermarktketen en de leverancier konden het niet eens worden over de inkoopprijzen. Daarop werden producten uit de schappen gehaald. Dat conflict is overigens uit de wereld. Maar anders dan in andere jaren wordt medio februari nog altijd volop onderhandeld tussen leveranciers en hun afzetkanalen.
Nestlé is ook zeker niet het eerste bedrijf dat waarschuwt voor de impact van inflatie op de winstgevendheid. Ook branchegenoot Unilever zei eerder zeker twee jaar nodig te hebben om de winstmarges weer op het niveau van 2021 te krijgen. Bierbrouwer Heineken sprak van de ergste inflatie in tien jaar, die uiteindelijk door de consument zal worden gevoeld.
Voordeel voor Nestlé is volgens kenners dat het producten verkoopt die doorgaans langer houdbaar zijn in vergelijking met die van concurrenten. Ook bezit Nestlé een aantal sterke merken, waardoor het makkelijker is om prijsverhogingen door te voeren.