Afas onthult vijf succesfactoren achter groei
Het succes achter AFAS is voor een groot deel te danken aan feit dat het een familiebedrijf is. Dat oordeel komt van de bestuurders van het IT-bedrijf zelf. Het inkijkje in de eigen succesformule gaven zij ter ere van het 25-jarig bestaan van Afas.
“Ons DNA is ontzettend belangrijk”, aldus CFO Arnold Mars. “Wij zijn sinds de oprichting ieder jaar een stukje groter geworden en dat hebben we aan onze sterke familieband te danken.”
Als tweede succesfactor noemen de bestuurders de relatie met medewerkers. Volgens CEO Bas Van der Veldt is het familiaire karakter van Afas de afgelopen vijfentwintig jaar overgeslagen op de medewerkers: “We kiezen er bewust voor om steeds te blijven investeren in hun welzijn en plezier. We geloven er namelijk heilig in dat blije medewerkers zorgen voor blije klanten.”
Succesfactor drie is volgens CFO Mars het ontbreken van externe aandeelhouders die andere belangen hebben dan het bedrijf zelf. “We hebben geen aandeelhouders die alleen maar oog hebben voor winstmaximalisatie. Hierdoor kunnen we ons echt focussen op wat goed is voor onze klanten, medewerkers, de maatschappij en de organisatie op de lange termijn. Veel andere bedrijven hebben die luxe niet.”
De vierde succesfactor tenslotte is volgens Bas van der Veldt de focus op kwaliteit en efficiëntie. “Onnodige handelingen, dubbel werk, fouten herstellen, het kost handenvol tijd en het komt de kwaliteit niet ten goede.”
De vijfde en laatste succesfactor tenslotte is vasthoudendheid aan de eigen koers, besluit oprichter Piet Mars. “Ondernemen is een gevecht, een continu gevecht – dat moet je je wel heel goed realiseren. We hebben natuurlijk een fantastische periode gehad in de afgelopen 25 jaar, maar het gemak waarmee dingen nu gebeuren staat in schril met de worstelingen van de beginfase.”
Ook oprichter Ton van der Veldt wijst op de stugheid van gewoon doorgaan. “We waren helemaal niet bezig met hoe revolutionair en baanbrekend deze onderneming misschien zou worden. De romantiek van het succes en het momentum komen pas veel later.”