Toeslagen voor overwerk zijn op hun retour

Behalve voor nachtwerk, dat wordt steeds duurder.

Onregelmatigheidstoeslagen zijn op hun retour. Hun aantal wordt minder, evenals de hoogte van de toeslagen. Maar er is wel een grens aan de opmars van de 24-uurseconomie. Werken in de nacht wordt steeds minder gezien als ‘normale’ werkuren’. De toeslagen voor nachtwerk zijn in 2020 zelfs hoger dan in 2015. Nachtwerk brengt grotere gezondheidsrisico’s met zich mee. “Als werken in de nacht niet kan worden voorkomen, is het dan ook terecht dat deze werkuren extra worden beloond”, stelt AWVN.

De verdere ontwikkeling van de 24-uurseconomie baseert AWVN op een vergelijkend onderzoek naar onregelmatigheidstoeslagen. De verruiming van dagvensters (werktijden die als normaal gelden en waarvoor geen toeslag geldt) is volgens AWVN een gevolg van een veranderende houding van zowel werkgevers, werkenden, consumenten en overheden. Deze kijk op normale werktijden is al decennia aan het veranderen, stelt de werkgeversvereniging.

Onderzoekers vergeleken onregelmatigheidstoeslagen van honderd ondernemings- en bedrijfstakcao’s met diezelfde cao’s in 2015. Onder de onderzochte cao’s vallen 2,9 miljoen werknemers.

In 25 cao’s is de hoogte van de onregelmatigheidstoeslagen gewijzigd en/of is het dagvenster aangepast. Een dagvenster is het deel van de dag waarop medewerkers geen toeslag krijgen voor onregelmatigheid.

In dertien cao’s is het dagvenster op maandag tot en met vrijdag verruimd, vooral richting de avond. De gemiddelde lengte van het dagdienstvenster op maandag tot en met vrijdag neemt in de onderzochte cao’s toe van 11,9 uur in 2015 naar 12,3 uur in 2020.

In de industrie is het dagvenster op maandag tot en met vrijdag veelal elf of twaalf uur (van 6.00 of 7.00 uur tot 18.00 of 19.00 uur). In de dienstverlening is het dagvenster wat ruimer; het start veelal om 6.00 of 7.00 uur, maar eindigt ergens tussen 18.00 uur en 22.00 uur.

Ten opzichte van 2015 zijn er op zaterdag meer uren zonder toeslag. In tien cao’s is het dagvenster op zaterdag verruimd. Vooral over de uren op zaterdagochtend ontvangen werknemers minder vaak een onregelmatigheidstoeslag. In 2020 kent ongeveer een kwart van de onderzochte cao’s geen onregelmatigheidstoeslag voor de uren van 8 tot 12 uur. Dit betreft vrijwel alleen cao’s in de dienstverlening. In de industrie-cao’s ontvangen medewerkers doorgaans een toeslag over alle zaterdaguren.

Het gemiddelde niveau van de onregelmatigheidstoeslagen in de nacht ligt in 2020 hoger dan in 2015. Het gemiddelde verschil is ongeveer drie procent. Bij zes van de onderzochte cao’s is een ruimer dagdienstvenster ingevoerd en is gelijktijdig de onregelmatigheidstoeslag in de nacht verhoogd. Bij 10 van de onderzochte cao’s zijn de onregelmatigheidstoeslagen in de avonden en/of de weekenden verlaagd.

Volgens AWVN wordt de inburgering van de 24-uurseconomie versneld door de coronamaatregelen. De bredere spreiding van productie en werken op locatie over de dag worden voor veel bedrijven steeds wenselijker. Deze trend is in eerste instantie zichtbaar in de verruiming van de dagvensters, de tijden waarop het door werkgevers en werknemers ‘normaal’ wordt gevonden om te werken.

Steeds meer werkenden zijn op meer tijden beschikbaar, omdat het past binnen hun leefpatroon en hun eigen combinatie van werk en privé. “Tegen de achtergrond van deze ontwikkeling is het niet meer dan logisch dat de extra beloning voor het werken op zaterdag, op zondag en in de vroege avonduren, de zogenoemde onregelmatigheidstoeslag, kleiner wordt en dat meer uren ‘normaal’ worden betaald”, aldus AWVN.