‘Te weinig bedrijven maken gebruik van big data’

'Nederlandse organisaties moeten meer investeren in big data strategieën en diensten. Die strategieën en diensten zijn gebaseerd op grote hoeveelheden gegevens over klanten en processen. Op dit moment maakt slechts zes procent van de Nederlandse bedrijven serieus gebruik van de mogelijkheden van big data. Dat percentage moet omhoog', zegt Johan Versendaal, lector Digital Smart Services van Hogeschool Utrecht.

Zijn lectoraat geeft leiding aan het project ‘Datagedreven diensteninnovatie: compliancy en transparancy by design', waarvan de HU penvoerder is.

Wetgeving en privacy

Het grote probleem van big data en het slim gebruiken van data voor nieuwe diensten, is dat er nog weinig voor is geregeld qua wetgeving en privacy. Big data gaat over grote hoeveelheden gevarieerde data die niet te beheren zijn in traditionele databases. De opkomst van de techniek is zodanig hard gegaan, zoals het gebruik van big data in machine learning software, dat onvoldoende duidelijk is hoe je big data-gebruik inzichtelijk maakt en hoe je de privacy daarin meeneemt. Nu komt er de nieuwe Europese privacywetgeving (GDPR) en organisaties zijn vanaf mei 2018 verplicht aan die wetgeving te voldoen.

“Veel organisaties moeten daarmee aan de slag, bijvoorbeeld in het mkb”, zegt Versendaal. “Als het mkb nieuwe diensten aanbiedt, gebaseerd op persoonlijke data, dan bieden de resultaten van ons project middelen om bij het ontwikkelen van dat soort diensten direct de Europese wetgeving mee te nemen.”

 

Transparant en verantwoord

Waar draait dit project in de kern om? Marlies van Steenbergen, lector bij hetzelfde lectoraat en projectleider, komt met een voorbeeld uit de gezondheidszorg: “Je hebt een hoog cholesterol, een hoge bloeddruk en je woont in een bepaalde regio. Stel dat de verzekeraar die data combineert met persoonlijke en omgevingsdata, en tegen jou zegt: ‘je moet meer betalen voor je verzekering, want je loopt veel risico’. Als je geen toestemming aan de verzekeraar hebt gegeven voor het gebruik van deze data, of de verzekeraar niet kan uitleggen hoe ze tot die hogere premie is gekomen, dan is de verzekeraar in overtreding. Daarbij geldt ook dat niet uitsluitend op basis van profilering en machine learning software zo'n beslissing mag zijn genomen. De verzekeraar moet transparant maken hoe ze tot beslissingen komt en hoe ze bepaalde diensten levert. En dat moet ook nog op een verantwoorde manier.”

Verschillende methodieken

Volgens Van Steenbergen worden in het kader van dit project verschillende methodieken ingezet om tot een werkwijze te komen waarmee privacy en transparantie meteen worden meegenomen bij het opzetten van datagedreven diensten. Eén methodiek, value-sensitive design, zorgt ervoor dat op een verantwoorde manier, volgens GDPR, wordt omgegaan met big data in de diensten. De andere methodiek, graph-based data analyse, maakt inzichtelijk hoe besluitvorming via verbanden tussen data plaatsvindt.

De HU zal aan dit project kennis toevoegen, met resultaten van praktijkgericht onderzoek, die in het onderwijs aan bod zullen komen. Versendaal: “Studenten en docenten worden betrokken bij dit project. De kennis vloeit ook naar de beroepspraktijk die vanaf het begin aangehaakt. Het bedrijf Synerscope is bijvoorbeeld betrokken bij dit project, een leverancier van big data visualisatiesoftware. In de regio Utrecht is heel veel te winnen met de resultaten van ons onderzoek.”

NWA

Het project start in januari 2018 en is onderdeel van het startimpulsprogramma rondom de Big Data-route van de Nationale Wetenschapsagenda. Deze wetenschapsagenda bestaat uit vele onderzoeksvragen die gebundeld zijn in 25 exemplarische routes waar de wetenschap zich de komende jaren op gaat richten. De NWA krijgt voornamelijk input van universiteiten; de hbo-instellingen spelen vaak een kleinere rol. “Dat de HU penvoerder is bij dit project, mag dus best bijzonder genoemd worden”, zegt Versendaal. Ook het HU-lectoraat Innovaties in de Preventieve Zorg, met lector Katarina Jerkovi?, is bij dit project betrokken. Consortium kennispartners zijn Fontys Hogeschool, Zuyd Hogeschool en de Open Universiteit.

Gerelateerde artikelen