Outsourcing: Doorpakken en vooruit kijken

Outsourcing, iedereen heeft er wel een mening over. Gebaseerd op ervaringen uit de praktijk of slechts op verhalen van anderen. En uiteenlopend van vrij neutraal tot zeer uitgesproken en van zeer positief tot negatief. Een actuele discussie over 'reshoring' geeft de tegenstanders van outsourcing nieuwe munitie om bezwaar te maken tegen het verplaatsen van activiteiten naar het buitenland. Maar daar moet ik toch de nodige kanttekeningen bij maken.

‘Reshoring’ heeft betrekking op het terughalen van activiteiten die eerder naar het buitenland zijn verplaatst. Het vond al plaats binnen productieactiviteiten, gevoed door stijgende loon- en transportkosten, en een zelfde beweging lijkt zich nu ook binnen service-activiteiten voor te doen. De negatieve geluiden over outsourcing zijn niet geheel onterecht. Enthousiast gemaakt met strategische plannen en nieuwe verantwoordelijkheden bleek de praktijk in een aantal gevallen minder rooskleurig. En met name de ‘achterblijvers’ hadden het zwaar te verduren. Afscheid van collega’s, extra verantwoordelijkheden, een stijging van de werkdruk en mensen aan de andere kant van de lijn die het maar niet leken te begrijpen, zijn veelgehoorde klachten.

Maar outsourcing kent ook een andere, zeer succesvolle kant. De opkomende globalisatie heeft niet alleen geleid tot nieuwe kansen maar ook tot een stijging van de concurrentie. Dit heeft geleid tot een verhoogde focus op kostenreductie. Het was en is nog steeds pompen of verzuipen. En wat is er nu effectiever dan verrichten van hetzelfde werk tegen lagere kosten?

Ook vanuit strategisch oogpunt is outsourcing een goede zet. In de huidige economie lijken de sollicitanten voor het oprapen, in betere tijden zal de vergrijzing hier echter sterke verandering in brengen. Daarnaast zijn internationaal opererende organisaties vaak steeds minder afhankelijk van hun thuismarkt. Dus waarom financiële activiteiten in de duurste landen uitvoeren?

Maar er zijn meer succesfactoren dan kosten alleen. Flexibiliteit bijvoorbeeld. Het tijdelijk vervangen of opschalen van werknemers is door outsouring niet langer een trage en kostbare aangelegenheid. En waar de achterblijvers eerder veel tijd kwijt waren aan transactionele activiteiten kunnen zij zich nu meer focussen op rapportages en analyses. Een belangrijke stap richting de door velen geambieerde rol van business partner.

De nieuwe organisatie vormt tevens een ideaal platform voor initiatieven om de kwaliteit en snelheid van financiële activiteiten te verbeteren. Bijvoorbeeld het bekende elimineren, standardiseren, simplificeren en automatiseren van processen. Iets wat in de oude organisatie vaak tot verzet leidde (‘zo doe ik het al jaren’). De eerste stappen richting verandering zijn al gezet: documenteren van processen, duidelijke rollen en verantwoordelijkheden, inzicht in performance en de vereiste IT infrastructuur. Kwestie van doorpakken dus.

En daarna? Dan is het tijd om verder te kijken dan de financiële afdeling. Met welke afdelingen of bedrijfsonderdelen werken we veel samen? Welke voordelen behalen we vanuit end-to-end perspectief op processen? Zijn er activiteiten, rollen of verantwoordelijkheden die we kunnen integreren? Ik weet dat argumenten alleen niet voldoende zijn om tegenstanders te overtuigen, maar ik daag ze uit eens over eigen grenzen heen te kijken. Dus niet alleen achterom, maar juist vooruit!