Dé werkgevers en dé werknemers bestaan niet in deze crisis

De miljarden euro's overheidssteun in crisistijd gingen en gaan slechts naar een beperkte groep werkgevers en werknemers.

In de media wordt in de discussies rond inflatie en loonsverhogingen voortdurend gesproken over dé werkgevers en dé werknemers. De ongemakkelijke werkelijkheid is dat het slechts een beperkte groep werkgevers en een beperkte groep werknemers is, die tijdens deze crisis gehoord en vertegenwoordigd worden.

In de huidige crisis is een ding duidelijk geworden en dat is dat vanaf het begin van de coronacrisis de miljarden euro’s steun slechts naar een beperkte groep werkgevers en een beperkte groep werknemers is gegaan. En nog steeds gaat, zoals blijkt uit de plannen van Prinsjesdag. En dat is ook logisch aangezien de meeste werkgevers en werknemers niet of nauwelijks worden gehoord of zijn vertegenwoordigd. Hoe dat zit? Nou zo. In de Sociaal-Economische Raad (SER) maakt VNO-NCW de dienst uit. Een brancheorganisatie die vooral voor de eigen leden, de grote bedrijven, opkomt (7 leden in de SER). Terwijl MKB Nederland, dat namens het hele MKB, de motor van de BV Nederland moet spreken, maar met 3 leden vertegenwoordigd is.

Hetzelfde geldt voor de vertegenwoordigers van werknemers in diezelfde Sociaal-Economische Raad (SER). Werknemers worden vooral ‘vertegenwoordigd’ door FNV met 8 leden. De FNV behartigt voornamelijk opnieuw de belangen van de eigen leden. En weer is er geen sprake van dé werknemers. Zo wordt in de nieuwe normaal-economie dus een steeds kleiner wordende groep werknemers gehoord en vertegenwoordigd.

Er wordt daarnaast ook goed voor ambtenaren gezorgd (met eveneens een grote achterban bij de FNV) door de regering en meerderheden van de coalitie in de Tweede Kamer. Ook dat is niet logisch: de achterbannen van de (voormalige) vier grootse partijen van Nederland zijn in grote mate te vinden bij de overheid op Europees, nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau. Ze zorgen dus weer goed voor de eigen leden en de eigen traditionele achterban.

Zzp’ers niet vertegenwoordigd
Zoals al eerder geconstateerd, wordt het snel groeiende aantal van 1,6 miljoen zzp’ers helemaal niet vertegenwoordigd. Niet bij werkgevers en niet bij werknemers.

In bepaalde branches is bij sommige vooral grotere bedrijven ruimte voor loonsverhoging. Denk eens aan de grote retailbedrijven, de aardoliemaatschappijen en de energiebedrijven. En daarnaast is loonsverhoging en het verbeteren van andere arbeidsvoorwaarden ook een goede zaak in de zorg en bij andere sectoren met slecht betaalde banen waar een tekort aan is. Zoals in de bouw.

Het zou tenslotte mijns inziens nog veel beter zijn als die grote bedrijven een gedeelte van die woekerwinsten terug zouden geven aan hun klanten. Door bijvoorbeeld de prijzen te verlagen zoals TotalEnergies doet in Frankrijk. Daar heeft TotalEnergies de eigen winstmarges met 20 cent per liter benzine en diesel verlaagd. Bovenop de subsidies die de Franse regering verstrekt. Dat zet zoden aan de dijk voor het ook in Frankijk snelgroeiende aantal zelfstandige ondernemers… de motor van de Franse economie. Ideetje?

Door Tony de Bree. Hij is auteur van ‘Groeien zonder te groeien. Succesvol ondernemen in de betekeniseconomie‘, ‘Overlevingsstrategie voor startups‘ en ‘De scale-up blueprint’. Sinds 1997 spot hij succesvol bedrijven als Amazon, Bol, ASML, IKEA en PayPal. Hij is ICT-lid in RvC’s en werkte bij ABN AMRO, als Dragon bij corporate venturing en als global splitsingsmanager KYC.

Gerelateerde artikelen