De ontmaskering van de interim manager

fallback
De interim (crisis) manager kampt met een imagoprobleem. Het clichébeeld van de bullebak van buiten die als een olifant in een porseleinkast door een bedrijf heen walst, kleeft nog altijd aan de interim. Leo Witvliet dook voor zijn promotieonderzoek aan de Universiteit van Tilburg in de wereld van de interim. Hoe kijkt de interim tegen zichzelf aan? En klopt dit beeld met de door Witvliet onderzochte werkelijkheid? Is er een onderscheid tussen de financieel interim en de overige interims. Witvliet hield met zijn onderzoek de interim een grote spiegel voor en kwam tot de conclusie dat veel vooroordelen ten opzichte van de interim niet geheel uit de lucht zijn gegrepen.

In zijn proefschrift ‘Beeldenstorm’ beschrijft Witvliet de context waarbinnen de interim manager werkt. Hij schetst een beeld van de wijze waarop interim managers zichzelf zien. Welke uitgangspunten hanteren ze? Welke rolrepertoires worden er gebruikt? Wat zijn voor hen belangrijke kerncompetenties? Het geschetste beeld vergelijkt hij vervolgens met de resultaten van onderzoek naar persoonlijkheidskenmerken en kerncompetenties van interim managers.

Genadeloos
Witvliet haalt in zijn thesis het zelfbeeld van de interim genadeloos onderuit. “Witvliet: in mijn onderzoek kwam naar voren dat de interim zichzelf beschouwt als gevoelig voor wat er in omgeving leeft. Dat beeld komt in het geheel niet overeen met dat van de buitenwereld, zo blijkt uit mijn onderzoek. Eenmaal geconfronteerd met deze resultaten, schieten de meeste interims meteen in de verdediging en komen ze met een verweer als: “Ik ben niet ingehuurd om sensitief te zijn, maar om een klus te klaren”. Helemaal waar zeg ik, maar het ene hoeft het andere niet uit te sluiten”.

Een bedrijf dat een interim inhuurt moet volgens Witvliet goed beseffen dat het een buitenstaander inhuurt. “Dat heeft enorm veel gevolgen voor hoe daar intern tegenaan wordt gekeken. Tegelijkertijd moet de interim zich er constant van bewust zijn dat hij slechts tijdelijk in dienst is. Zijn hele handelen moet gericht zijn op het feit dat hij weer weg gaat. Dat betekent: medewerkers betrekken bij het proces en vooral veel taken uit handen geven en minder zelf doen”.

Vechter
Witvliet heeft een model ontwikkeld waarin hij de interim onderverdeelt volgens een aantal basistyperingen. “Je hebt de onderhandelaar tegenover de vechter, de interim die altijd wil winnen. Anderzijds heb je een groep managers die behoudend is tegenover de groep managers die wil veranderen omwille van de verandering. Ik heb in mijn onderzoek ook onderscheid gemaakt in leeftijd en geslacht, maar daarin kwamen geen noemenswaardige verschillen naar voren”.

Ook de financiële interim heeft Witvliet onder de loep genomen. Hij ontdekte wel een paar specifiek karaktereigenschappen. “De financiële interim is over het algemeen meer onderhandelaar dan vechter en minder extravert. Ik heb me niet heel specifiek met de ‘waarom’-vraag bezig gehouden, maar waarschijnlijk heeft het veel te maken met de gedegenheid van het vak van de financial en de mate waarin samenwerking nodig of gewenst is”.

Aanbevelingen
Witvliet doet tot slot nog een aantal aanbevelingen aan bedrijven die van plan zijn om een interim in dienst te nemen. “Mijn eerste advies is: zorg dat een interim een begeleider krijgt; iemand van binnen het bedrijf die weet wat er speelt. Een persoon die aan kan geven wanneer een interim gas kan geven en op welk moment hij de organisatie weer even op adem moet laten komen. Mijn tweede advies is: staar je niet blind op een interim-manager. Een veranderingsproces kent meerdere fasen. Elke fase vraagt weer om een ander type interim manager. Schroom dus ook niet om per fase een nieuwe interim in te huren”.

Mogen wij u ook interviewen? Heeft u onlangs als controller of financieel-manager een interessante carrière-stap gemaakt? Een stap die u met 10.000 collega’s wilt delen? Stuur dan een mailtje met een korte toelichting naar de redactie. Dan kunnen onze journalisten u interviewen.

Gerelateerde artikelen