Bedrijfsleven gaat voor snel geld in plaats van lange termijn waardecreatie

De druk om te verkopen heeft in de afgelopen twee jaar de opbrengsten van bedrijfsverkopen aanzienlijk verlaagd. Zes van de tien ondervraagden noemt financiële motieven op korte termijn als reden voor een desinvestering in plaats van gunstige effecten voor de onderneming op de langere termijn.

Zo blijkt uit de 2012 Global Corporate Divestment Survey van Ernst & Young. 

De druk om te verkopen heeft in de afgelopen twee jaar de opbrengsten van bedrijfsverkopen aanzienlijk verlaagd. Zo blijkt uit de 2012 Global Corporate Divestment Survey van Ernst & Young. Zes van de tien ondervraagden noemt financiële motieven op korte termijn als reden voor een desinvestering in plaats van gunstige effecten voor de onderneming op de langere termijn.

Veel bedrijven konden de afgelopen vijf jaar moeilijk aan krediet komen of moesten juist leningen aflossen. Het ad-hoc beleid blijkt minder op te leveren en is riskant. Arjan Groen, partner bij Ernst & Young: “73%  van de ondernemingen geeft in ons onderzoek toe geld te hebben laten liggen, die bij gebrek aan succes van de markt zijn gehaald.”

Een klein aantal ondernemingen volgt echter wel een strategische en structurele benadering. Uit het onderzoek blijkt dat ondernemingen met een professionele aanpak hun waardedoelstellingen overtreffen. Zij zijn onder andere in staat zich in potentiële kopers te verplaatsen, hebben een gedetailleerd separatieplan, voeren dat in veel gevallen uit en laten hun waardecreatie- en verkooptraject op een gedegen wijze toetsen en begeleiden.

Golf desinversteringen verwacht
Het desinvesteringsthema lijkt steeds actueler te worden. 77% van de ondervraagden wil hun desinvesteringsplan gaan versnellen en 46% verwacht binnen twee jaar één of meerdere verkooptrajecten af te ronden. Arjan Groen: “De lessen van de succesvolle minderheid zijn in het onderzoek uitgewerkt. Desinvesteringen zullen op deze wijze minder problemen veroorzaken, meer kunnen opleveren en sneller voltooid worden.”

Bron: Ernst & Young

Gerelateerde artikelen