Wildgroei aan selectiecriteria bij overheidsaanbestedingen

Het ministerie van Economische Zaken heeft op 6 september twee besluiten gepubliceerd die belangrijke veranderingen tot gevolg hebben voor de manier waarop de overheid in Nederland aanbesteedt. Dat mag ook wel, want onder meer eigen onderzoek ter voorbereiding op de 'Aanbestedingswet' die in 2007 van kracht wordt, heeft een aantal negatieve trends zichtbaar gemaakt voor inkoopland.

Beleidsregels voor integriteit en uitsluiting van deelname werken onvoldoende in de praktijk. Er is een wildgroei aan selectiecriteria. Harmonisatie van die criteria en toepassing van een aanbestedingssysteem zijn de beste manier om lastenverlichting te bereiken en disproportionaliteit te voorkomen. Aldus de conclusies van het onderzoek in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken.

Onredelijk
Uit recent onderzoek van Forum, het opinieblad van VNO-NCW, blijkt ook nog eens dat tweederde van de ondernemers vindt dat overheidsinstanties onredelijke selectie-eisen stellen aan bedrijven die in aanmerking willen komen voor overheidsopdrachten. Door die eisen – en door de vele papieren rompslomp – zouden veel bedrijven de overheid als opdrachtgever vrijwel hebben afgeschreven.

Bao en Bass
Het ministerie van EZ heeft op 6 september twee besluiten gepubliceerd met betrekking tot de manier waarop de overheid in Nederland aanbesteedt. Het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten (Bao) en het Besluit aanbestedingen speciale sectoren (Bass) vormen per 1 december 2005 de implementatie van twee Europese aanbestedingsrichtlijnen die in 2004 zijn vastgesteld.

Zelf zorg dragen
Nieuw ten opzichte van de oude regels is de mogelijkheid om voor zeer ingewikkelde overheidsaanbestedingen een speciale aanbestedingsprocedure, de concurrentiegerichte dialoog, te volgen. Ook nieuw is de mogelijkheid elektronisch aan te besteden. Voordeel daarvan is volgens Paula de Jonge, woordvoerster van het ministerie, dat de overheidsinstellingen ‘minder uitvoeringslasten’ hebben. Ook bedrijven zouden lagere lasten, in de vorm van ‘minder papierwerk’.

In de nieuwe besluiten staan regels voor het verstrekken van opdrachten door de verschillende overheden en door bepaalde bedrijven in de nutssectoren. Doel ervan is te voorkomen dat onredelijk zware eisen worden gesteld aan inschrijvende bedrijven en dat de overheid zaken doet met niet-bonafide bedrijven.

Deze nieuwe wetgeving zal in de loop van 2007 in werking treden. Op de vraag of eerdergenoemde wildgroei aan selectiecriteria wordt tegengegaan door Boa en Bass antwoordt De Jonge: ‘Nee, Boa en Bass zijn alleen de implementatie van de nieuwe EU-regelgeving. Met de nieuwe regelgeving van 2007 wordt dit allemaal aangepakt.’

Probleem
Aanbestedende diensten moeten overigens zelf zorg dragen voor de juiste toepassing van de besluiten Bao en Bass in hun dagelijkse aanbestedingspraktijk. Juist daar loopt het wellicht weer spaak. Onderzoek naar de naleving van de regels voor overheidsaanbestedingen hebben tot bedroevende resultaten geleid.

De inkopers hebben er zelf vaak geen zin in, luidt het uit wetenschappelijke hoek. Maar aan de andere kant: de regels worden al wel steeds beter toegepast. Wie op juridische gronden ‘gepakt’ wordt – bijvoorbeeld door zich niet te houden aan het verbod om met leveranciers in contact te treden ten tijde van de aanbesteding – heeft immers een groot probleem.

Gerelateerde artikelen