S&P biedt geen duidelijkheid over toekomst ESG-beoordeling
Kredietbeoordelaars van S&P zeggen zich “te zullen blijven inzetten voor transparantie over hoe en wanneer ESG-factoren de beoordeling van kredietwaardigheid beïnvloeden”. Op welke wijze S&P dat gaat doen, kan de woordvoerder van S&P aan FM.nl niet aangeven. Het Amerikaanse creditrating bureau uit de wereldwijd top 3 meldde onlangs per direct te zullen stoppen met de bestaande beoordeling en verslaglegging van ESG beoordelingen (‘Kredietbeoordelaar S&P schroeft ESG beoordeling terug‘).
- toekomst van ESG beoordelingen nog onduidelijk
- ESG beoordelingen zijn bron van informatie
- EU heeft ESG beoordelingen nodig
ESG beoordeling als informatiebron
Het oordeel van een externe kredietbeoordelaar over de financiële gezondheid en financiële risico’s van kredieten, investeringen en financieringen van bedrijven, dienen op de financiële markten als een bron van informatie voor beleggers en (nieuwe) financiers. In veel gevallen is de beoordeling dan ook essentieel voor de voorwaarden voor een toekomstige financiering als ook voor de hoogte van de risico-opslag op een financiering. Verschillende grote Nederlandse bedrijven laten zich daarom regelmatig beoordelen door kredietbeoordelaars, waaronder S&P. [artikel gaat verder na de volgende alinea]
Lees ook:
- Twee CFO’s oordelen over implementatie EU-taxonomie
- 2/3 van Europese vermogensbeheerders bezorgd over tekort ESG-data
- Welke data moet onderneming hebben om aan Europese ESG-wetten te voldoen?
Rol van ESG-beoordelaars in EU plannen
De EU heeft een stelsel van ESG-beoordelaars nodig om financiering te kunnen indelen in enerzijds ‘duurzame financiering’ en anderzijds ‘niet duurzame financiering’. Daarvoor is onlangs een uitgebreid taxonomieplan gepresenteerd waarin de verscheidene soorten financieringen, leningen, beleggingen en kredieten kunnen worden gerangschikt. Onlangs publiceerde CFO Magazine daarover (‘De EU Taxonomie: gedrocht of kans op ‘heldenrol’ voor de CFO?’). De EU voert dit taxonomiestelsel in, omdat daarmee een basis ontstaat voor het geven van belastingvoordeel aan leningen die duurzaamheid bevorderen terwijl kredieten aan de fossiele industrie zwaarder belast kunnen worden.