SNS Reaal – Analyse competenties en rol toezichthouder(s)

Op basis van een globale analyse van extern beschikbaar materiaal kunnen vraagtekens worden gezet bij de kwaliteit van de RvC van SNS Reaal ten tijde van de beursgang en de overname van de vastgoedactiviteiten in 2006. In dit artikel wordt ingegaan op vereiste en aanwezige competenties van een RvC verbonden aan een beursgenoteerd bedrijf werkzaam in de financiële sector in Nederland.

Voor de analyse maakt auteur Aalt Klaassen gebruik van de resultaten van een recent onderzoek onder commissarissen, de ervaring van de auteur met het evalueren van RvC’s en de in de jaarverslagen van SNS Reaal verstrekte informatie over de leden van de RvC en van de RvB.

Enige conclusies uit de analyse zijn;
1. Het valt te betwijfelen of de RvC van SNS Reaal in 2005 en in 2006 in voldoende mate beschikte over de competenties om een verantwoorde beslissing te kunnen nemen over de overname van Bouwfonds Property Finance. De vraag is of een dergelijke belangrijke beslissing kan worden genomen op basis van inschakeling van adviseurs.

2. De RvB van SNS Reaal in 2005 en in 2006 stond niet bekend als bestuur dat beschikte over de voor het kunnen managen van de voor Bouwfonds Property Finance vereiste vastgoedkennis in het algemeen en die van projectontwikkeling in het bijzonder. Ook over de aanwezige, relevante internationale kennis en ervaring kan worden getwijfeld.

3. De aanstelling van de overheidscommissarissen in 2009 leidde tot een versterking van de RvC. Dit was evenwel niet voldoende om de competenties van de RvC in de volle breedte op het gewenste peil te brengen.

4. De weigering van de AFM/DNB in 2008 om de heer Hielkema als commissaris te benoemen bij SNS Reaal heeft een verbetering van het profiel van de RvC in de weg gestaan.

5. Het wekt verbazing dat de toezichthouders en de overheid er niet op hebben aangedrongen dat er een versterking van de vastgoedkennis/-ervaring binnen de RvC en de RvB van SNS Reaal zou plaats vinden. Ook het niet opvullen van het wegvallen van de juridische kennis in 2010 in de RvC wekt verbazing.

6. Ook over het boekjaar 2012 kunnen vragen worden gesteld bij de mismatch tussen vereiste en aanwezige competenties binnen RvC en RvB t.a.v. vastgoed(ontwikkeling). Het lijkt erop dat er nog op een wat klassieke manier is gekeken naar de samenstelling van een RvC. Bestuurlijke ervaring lijkt het panacee te zijn voor alle mogelijke tekortkomingen. Waar blijft de niet met een bestuurdersverleden belaste onafhankelijke kritisch geest?

Enige vragen:
1. Hoe kritisch is de RvC van SNS Reaal geweest in de jaren 2000 tot en met 2010 wat betreft het evalueren van het eigen functioneren?

2. Hoe alert zijn RvB en RvC geweest bij het opvangen van signalen van buiten en vervolgens het adresseren ervan?

3. Wie bepaalt bij/ namens de overheid (AFM of DNB?) wie overheidscommissaris wordt?

4. Wie ziet er bij/namens de overheid (AFM/DNB) op toe dat de betrokken RvC in het algemeen en de overheidscommissarissen in het bijzonder adequaat functioneren?

5. Welke competenties zijn vereist voor de overheid (AFM/DNB) om dergelijke taken te kunnen vervullen?

6. Welke mogelijkheden heeft de zittende RvC bij SNS Reaal gehad om de voordracht van de overheidscommissarissen op vereiste en aanwezige competenties te kunnen beoordelen/beïnvloeden?

7. Waarom schieten zelfs in 2012 de aanwezige competenties van de RvC en de RvB van SNS Reaal nog te kort?

8. Hoe kan het dat een lid van de RvB in 2008 niet aan de business van SNS Reaal gelieerde nevenfuncties heeft en dat dit nog steeds actueel is in 2011?

9. Kan een commissaris die in eigen huis de nodige uitdagingen heeft als lid van een RvB, het zich wel permitteren een commissariaat bij SNS Reaal te vervullen?

In de bijlage vindt u de volledige analyse van Aal Klaassen over de competenties van de Raad van Commissarissen en de rol van de toezichthouder(s)

Gerelateerde artikelen