Risicomanagement had stintfabrikant kunnen redden
Black Swan heet dit voorval in de wereld van risicomanagers: een totaal onverwachte gebeurtenis zet het voortbestaan van je onderneming op het spel. Eén incident met je product, waarvan nog niet eens duidelijk is of de oorzaak van het ongeval aan je product ligt, en van de ene op de andere dag ligt de verkoop stil. Bij het ongeluk in Oss in september met de elektrische bolderkar kwamen vier kinderen om het leven – daarna werd er niet één stint meer verkocht.
Het ongeluk was onverwacht, dat de verkoop opeens stil lag was onverwacht en dat de overheid het voertuig – gedurende een onderzoek – verbood was onverwacht. Maar was het ècht onverwacht? Had de stintproducent een ongeluk met deze gevolgen kunnen voorzien?
Extreme gevolgen van incident
Filosoof en ex-derivatenhandelaar Nassim Nicholas Taleb schrijft in zijn boek ‘De Zwarte Zwaan’ dat niet zozeer onvoorspelbare ontwikkelingen een bedrijf treffen, maar vooral de extreme gevolgen van dat incident. Natuurlijk kan er een ongeluk met een voertuig gebeuren, maar toch niet met zo’n verstrekkende gevolgen? Zoals nu een faillissement. Als er een Boeing crasht mogen de andere vliegtuigen in de lucht blijven; als er een technisch mankement bij een auto is ontdekt volgt er een terugroepactie voor miljoenen auto’s, maar iedereen mag gewoon blijven doorrijden.
Dat was niet het geval bij de stint. Dat er na zeven jaar een incident plaatsvond is nog te calculeren. Minder waarschijnlijk is het dat de minister van Infrastructuur en Verkeer het rijden met een stint snel daarna verbood, en zeker dat het onderzoek van de stint liefst drie maanden duurt: het blijkt fataal voor een kleine en relatief jonge onderneming.
“Fabrikant kon faillissement voorkomen”
Toch had de stintfabrikant het misschien kunnen voorkomen, meent Robert van Asch, directeur van Consignium, een adviesbureau voor risico-management, en auteur van ‘Ga niet langs af’: “Je kunt 99 procent van de risico’s beperken. De producent had zijn stint regelmatig kunnen laten keuren bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT).” De inspectie blijkt sinds de stint op de weg is, nooit het voertuig te hebben gecontroleerd.
De stint is een product dat extra gevoelig ligt, vindt Van Asch: “Daar moet je als fabrikant rekening mee houden. Het is een nieuw product, waarin kleine kinderen worden vervoerd. Volgens mijn informatie hadden ze beter een keuringsprocedure kunnen laten doen, een doodsstopknop laten installeren en zich kunnen voorbereiden op een grote maatschappelijke discussie na een incident.”
Risico's proberen te spreiden
Om een faillissement te voorkomen of uit te stellen, had de producent volgens Van Asch ook meer reserves kunnen opbouwen. “Als je vier weken na het rijverbod van de stint al failliet gaat, dan heb je dat niet op orde. Zo had de producent de risico’s kunnen spreiden door de stint ook te exporteren. Dan zou de cash-flow uit het buitenland de fabrikant waarschijnlijk een stuk langer overeind hebben gehouden.”
Taleb meent dat managers om drie redenen risico’s niet goed kunnen voorzien:
1. De wereld is veel ingewikkelder dan we beseffen.
2. Veel feiten ontbreken als we voorspellingen maken.
3. Overwaardering van feiten: “Ontwikkelingen zijn erg afhankelijk van toevallige ingrepen van mensen waarop beslissers geen invloed hebben.”
Zwarte Zwanen zie je per definitie niet aankomen, schrijft Taleb: “Dus proberen ze te voorspellen is zinloos. In plaats daarvan kan een directie zich beter richten op het bouwen aan robuustheid van je organisatie én leren razendsnel te handelen mocht zich een Zwarte Zwaan voordoen.
Kees Cools, hoogleraar corporate finance and governance aan de TIAS Business School in Tilburg, relativeert veel voorzorgsmaatregelen. Enkele jaren na de internationale bankencrisis zei hij dat het probleem bij risicomanagement mensen zijn: “We kijken teveel naar systemen en niet naar gedrag. De financiële sector was en is de strengst gereguleerde sector, voorzien van de meest geavanceerde risicosystemen en uitgerekend die sector gaat steeds onderuit.”