Kosten aftrekbaar, tenzij ze de persoonlijke behoefte van de aandeelhouder bevredigen

fallback
De Hoge Raad heeft onlangs beslist dat in principe alle kosten ten laste kunnen worden gebracht van de winst, behalve die kosten waarvan duidelijk is dat zij zijn gemaakt ter voldoening van de behoeften van de aandeelhouder.

In de onderhavige casus neemt een B.V. met twee paarden die zij bezit deel aan paardenraces. De prijzen die de paarden behalen, rekent de BV tot haar winst. Per saldo leveren de paarden een verliespost op van EURO 12.000. Het Hof oordeelde dat de naamsbekendheid door deelname aan de wedstrijden slechts in beperkte mate werd vergroot. Het Hof acht slechts EURO 3.000 aftrekbaar, omdat geen redelijk handelend ondernemer voor de aldus gerealiseerde vergroting van zijn naamsbekendheid meer zou hebben uitgegeven.

De Hoge Raad stelt voorop dat door een B.V. gedane kosten alleen dan niet ten laste van de winst worden gebracht indien en voor zover zij zijn gedaan ter bevrediging van de behoeften van de aandeelhouders. De Hoge Raad leidt uit de motivering van het Hof af dat de voor de paarden gemaakte kosten voor 75% gediend hebben voor de voldoening van de behoeften van de aandeelhouder van de B.V., die een paardenfanaat is.

Bij uitgaven voor de B.V. waar een privébelang een rol zou kunnen spelen is het daarom van belang om (vooraf) na te denken over hoe u het zakelijk belang kunt aantonen en dit vervolgens ook te documenteren.

Gerelateerde artikelen