Knip in de opbouw van pensioenrechten

fallback
Op 1 juni 1999 is de Wet fiscale behandeling van pensioenen ingevoerd. Bestaande pensioenregelingen die tussentijds niet zijn aangepast, moeten uiterlijk 1 juni 2004 worden aangepast aan de nieuwe wetgeving. Deze voorgeschreven aanpassing kan, indien u pensioen opbouwt op grond van een eindloonregeling, leiden tot een 'knip' in uw pensioenopbouw. En met 'knip' wordt inderdaad bedoeld dat uw pensioenopbouw minder royaal wordt.

Belangrijke verschillen tussen de oude wetgeving en de nieuwe wetgeving
Een eindloonregeling houdt kort gezegd in dat het pensioen een bepaald percentage van het laatstgenoten salaris is. Er zijn echter enkele verschillen in het berekenen van het op te bouwen pensioen tussen de oude wetgeving en de nieuwe wetgeving die zorgen voor een knip in de pensioenen.

Het meest kenmerkende verschil is het opbouwpercentage per dienstjaar. In het verleden werd een opbouwpercentage van 2,33 procent per dienstjaar toegestaan, mits het totaal te bereiken ouderdomspensioen niet meer dan 70 procent van het pensioengevend salaris was. Onder de nieuwe wetgeving mag het opbouwpercentage bij een eindloonregeling maximaal 2 procent bedragen en mag het totaal te bereiken pensioen niet meer dan 100 procent van het pensioengevend salaris bedragen. Onder de nieuwe wetgeving is het mogelijk om door middel van inkoop, het aantal dienstjaren te verhogen en dus meer pensioen op te bouwen. Het is dan mogelijk dat iemand 100 procent pensioen opbouwt. Het voert echter te ver om daar in dit artikel op in te gaan.

Ook het bedrag van de in te bouwen AOW is in de nieuwe wetgeving gewijzigd waardoor er minder pensioen kan worden opgebouwd.

Uitwerking van de knipberekening
Voor het berekenen van uw pensioenaanspraken is het van belang dat eenmaal verdiende en opgebouwde pensioenrechten niet worden aangetast en niet worden herrekend naar de nieuwe wetgeving. Vanaf het moment dat de nieuwe wetgeving van toepassing is, wordt daartoe een excedent pensioenrecht berekend. Alleen voor de mensen die deels onder de oude wetgeving pensioen hebben opgebouwd. Excedent houdt in dat het verschil tussen het opgebouwde pensioen onder de oude wetgeving en het op te bouwen pensioen onder de nieuwe wetgeving op het overgangstijdstip wordt vastgesteld. Het totale pensioenrecht op pensioendatum bestaat daarmee uit het berekende pensioenrecht op pensioendatum én het excedent pensioenrecht. Door deze berekeningswijze van de pensioenrechten wordt de nieuwe wetgeving wel toegepast op de extra pensioenrechten die ontstaan door een salarisstijging in de periode waarin de oude wetgeving van toepassing was. Dit verschijnsel heet de ‘backservice’.

Conclusie
Door de toepassing van de ‘knip’ kan er bij een eindloonregeling minder pensioen worden opgebouwd gedurende de dienstbetrekking. Ga daarom voor 1 juni 2004 na of uw pensioengrondslag te optimaliseren is. Wellicht is het bijvoorbeeld mogelijk uw pensioengevend salaris te verhogen en te profiteren van de voordelen van de oude wetgeving.

Gerelateerde artikelen