Hoofdhuis en vaste inrichtingen vormen fiscale eenheid BTW

fallback
De Hoge Raad heeft beslist dat buitenlandse rechtspersonen met vaste inrichtingen in Nederland, die een fiscale eenheid vormen voor de omzetbelasting, ook als geheel een vaste inrichting vormen. Dit betekent dat de diensten die de buitenlandse hoofdvestiging aan de Nederlandse vaste inrichting verleent onbelast zijn voor de omzetbelasting. De fiscale eenheid blijft voor Nederland derhalve niet beperkt tot de Nederlandse vaste inrichtingen.

In deze casus ging het om twee Engelse vennootschappen, die behoorden tot een Amerikaans verzekeringsconcern. De twee Engelse vennootschappen hebben beide een vaste inrichting in Nederland. De Nederlandse vaste inrichtingen vormen in Nederland een fiscale eenheid voor de omzetbelasting. De Engelse vennootschappen berekende kosten door aan de Nederlandse vaste inrichtingen. Anders dan de demissionair Staatssecretaris vindt de Hoge Raad dat de Engelse vennootschappen over de doorberekende kosten geen Nederlandse omzetbelasting in rekening hoeven te brengen, omdat de Engelse vennootschappen met de Nederlandse vaste inrichtingen één fiscale eenheid vormen.

Onze mening
Dit arrest betekent dat ingeval een buitenlandse vennootschap in Nederland een vaste inrichting heeft die met andere Nederlandse vennootschappen een fiscale eenheid voor de omzetbelasting vormt, de buitenlandse vennootschap ook tot de Nederlandse fiscale eenheid hoort. Dit betekent vervolgens dat over alle kosten en vergoedingen die onderling in rekening worden gebracht geen Nederlandse BTW verschuldigd is.

Gerelateerde artikelen