Financiering: eigen of vreemd vermogen?
Veel ondernemers die hun eigen onderneming starten zullen de overweging herkennen. Als je geld leent bij een bank of een private investeerder geef je dan niet een deel van je bedrijf weg? Het alleenrecht om beslissingen te nemen verdwijnt, een stuk autonomie wordt ingeleverd. Je moet aan ratio’s voldoen, een deel van het zeggenschap ligt in ‘vreemde handen’ en deadlines worden door anderen dan alleen de belastingdienst opgelegd. Voor velen is dat een reden om de financiering in eigen huis te houden. Toch zijn er goede redenen om wel vreemd vermogen aan te trekken.
Het doel van een ondernemer is het zoeken naar waardecreatie, naar meer maken van minder. De kosten van het eigen vermogen zijn weliswaar geen zichtbare kosten, maar zorgen er wel voor dat niet de volledige winst gerekend kan worden tot bijdrage aan de toegenomen waarde. Als het eigen vermogen elders was geïnvesteerd, was daar wel rendement op gehaald. Dat “misgelopen” rendement moet goed gemaakt worden in de eigen onderneming.
Over het algemeen is vreemd vermogen goedkoper dan eigen vermogen. Er zijn fiscale voordelen doordat betaalde rente op het vreemd vermogen zowel fiscaal als bedrijfseconomisch gezien wordt als kosten. Uitgekeerd dividend zijn geen kosten en daarmee niet aftrekbaar voor de belasting. Daarnaast zijn de kosten van vreemd vermogen afhankelijk van het risicoprofiel van de onderneming. Als uitgegaan wordt van maximaal 30% vreemd vermogen, kan dat als risicovrij vermogen worden beschouwd. Als bij een faillissement de onderneming geliquideerd wordt, zal vaak nog wel 30% van de bezittingen overblijven om het vreemde vermogen terug te betalen. Risicovrij vermogen is relatief goedkoop om te lenen, waardoor het als een accelerator van de Return on Investment (ROI) kan werken.
Er zitten ook nadelen aan het aantrekken van vreemd vermogen. Als het risicoprofiel van de onderneming hoog ligt, zullen de kosten voor vreemd vermogen ook automatisch stijgen. Als het wat minder goed gaat met de onderneming, blijven de rentekosten zowel in het resultaat als in de kasstromen een rol spelen. De investeerder zal enige mate van invloed willen uitoefenen op de onderneming, om te garanderen dat hij zijn geld terug krijgt. Deze zeggenschap kan lopen van alleen inzicht in de cijfers tot ingrijpen in de bedrijfsvoering.
Het omslagpunt van de balans om vreemd vermogen aan te trekken lijkt voornamelijk ingegeven door financiële motieven. Een grote investering als het aankopen van machines of een pand is vaak een doorslaggevend moment omdat het bedrag te hoog wordt om privé te financieren. Daarnaast kan een hoger rendement behaald worden op het geïnvesteerde vermogen door vreemd vermogen toe te voegen aan de organisatie. Wanneer de balans precies om slaat is afhankelijk van het type ondernemer. Omdat er meer mee speelt dan meetbare criteria is dat voor iedereen een ander punt. Het is voor alle ondernemers met een volledig privé gefinancierd bedrijf wel aan te raden om de verschillende opties een keer te berekenen.
Er bestaan van oudsher diverse manieren om te vreemd vermogen aan te trekken en in de huidige tijd zijn daar alleen maar financieringsmogelijkheden bij gekomen. Zie hiervoor ook de blog van Roland Deege eerder dit jaar.