Economic Value Edit

fallback
De rechtszaak tegen de voormalige topmannen van Ahold is begonnen. Cees van der Hoeven, Michiel Meurs, Jan Andreae en Rolan Fahlin staan terecht om zich te verantwoorden voor het Ahold debacle. Hoe heeft dit kunnen gebeuren? Is deze topmanagers van weleer iets aan te rekenen? We waren er toch allemaal bij?

Opgejaagd door aandeelhouders, analisten en de media werd Ahold bijna gedwongen keer op keer beter te presteren. De bomen groeiden tot in de hemel en het plafond was voorlopig niet in zicht. Verwachtingen van aandeelhouders moest Ahold overtreffen, keer op keer. Het Economic Value Added denken stond bovenaan de managementagenda.

Ook nu wordt al op de eerste dagen van de rechtzitting de vinger richting accountant gestrekt. Deloitte zou niet professioneel hebben gehandeld, aldus een kritisch expertiserapport van de Amsterdamse hoogleraar accountancy Jan van de Poel.

Was het wel verstandig om de deelnemingen volledig te consolideren, dit met sideletters af te dekken, om zo de mogelijkheid te creëren miljarden euro’s extra omzet te kunnen tonen aan de aandeelhouders? Het Economic Value denken ten top. De rechter mag beslissen of de rechtsgang is geschaad en of er sprake is van een juiste Economic Value Added of toch een Economic Value Edit.

Inmiddels hebben deze gebeurtenissen bij Ahold en andere grootmachten, zoals Enron, de beursgenoteerde ondernemingen gestort in het Sarbanes Oxley tijdperk. Deze ondernemingen worden geconfronteerd met het invoeren en beheersen van deze wet en dientengevolge significante kosten. SOx kostenpercentages die kunnen oplopen tot 2 procent van de omzet en een duidelijke impact hebben op de bottom-line van deze ondernemingen.

Kosten die grotendeels veroorzaakt worden door de verplichte inhuur van diezelfde accountants. Ondanks het feit dat de accountant een bepalende rol heeft gespeeld bij de invoering van SOx, is voor diezelfde accountants een geweldige omzetgenerator ontstaan. Voor hen is er zeker sprake van Economic Value Added.

Peter Geelen,
auteur van de boeken ‘Corporate Performance Management – sturen in een dynamische markt’ en ‘Integraal Performance Management (iPM)’

Gerelateerde artikelen