Digital transformation? Stel de mens centraal

Raymond Steenvoorde, account director van BlackLine, praat over de zin en onzin van finance transformation, de stand van zaken van automatisering in de financiële afdeling en heel specifiek spreken we met elkaar over de financial close. Voor BlackLine heeft hij een indrukwekkende carrière gehad als financieel professional, als finance manager in diverse rollen bij grote bedrijven als Adidas en Elsevier.

Wat kenmerkt in jouw ogen een goede financieel manager?

“Je moet heel goed de hoofdlijnen kunnen volgen, zeker bij een groot bedrijf: dit is wel belangrijk, dit is niet belangrijk, jij krijgt wel vandaag je antwoord, jij krijgt volgende week je antwoord. Je moet heel goed weten wie het beter weet dan jij.  En ik denk dat je niet te beroerd moet zijn om fouten te maken. Als ik één ding geleerd heb, dus als je als finance manager geen fouten durft te maken, dan duurt alles lang. Je afsluiting duurt lang, je antwoorden duren lang, je rapporten zijn oeverloos.”

Geen technical skills?

“Die zijn wel belangrijk, maar niet te veel. Begrip is veel belangrijker dan een supermacro kunnen bouwen: waarom wil je dat dan bouwen? Wat wil je bereiken? Het is veel makkelijker om gewoon naar iets te kunnen kijken en dan zeggen: oké, hoofdzaak, bijzaak, hier gaan we op af, dit kan ons pijn doen. En misschien moet je soms even wat andere mensen erop zetten.”

Over technical skills gesproken. Hoe staat het met de digitale transformatie? Moet er nog veel gebeuren?

“Ik denk dat er in Nederland heel weinig bedrijven zijn die klaar zijn. Nederland is, en zeker binnen Europa, vrij vooruitstrevend, met goede inzichten en goed opgeleide mensen. Maar om een idee te geven: BlackLine en alle concurrenten van BlackLine denken zelf dat we pas drie procent van de markt hebben voor close software. Dus dat betekent dat 97 procent van de wereld nog niet eens een tool heeft om zijn afsluiting wat sneller te maken.”

“Bij heel veel bedrijven hebben ze het erover, maar het is dan vaak gericht op lagere kosten en is het bijvoorbeeld een ERP-upgrade, wat eigenlijk gewoon standaard is, en een verschuiving van je mensen naar lagelonenlanden. Maar échte transformatie, dat  maakt finance makkelijker en voegt waarde toe aan finance. Het fascinerende is dat dat soms heel weinig inspanning kost, om maar twee, drie, vier slagen te maken naar je droomwereld, alleen kunnen mensen dat niet, omdat er altijd projecten zijn, altijd iets dat gedaan moet worden, en er is altijd werkdruk op de afdeling. Het zonde is dat een finance afdeling nooit budget krijgt om zichzelf te verbeteren.”

“Voor een echte transformatie heb je een bepaald type mens nodig. Je hebt een CFO nodig met een visie. Je hebt een financieel directeur nodig die stevig in zijn of haar schoenen staat en die bereid is om stappen te maken, gewoon hardop tegen diens mensen te zeggen: “We gaan dingen veranderen, we gaan stoppen met deze transactie, deze exercitie, en we gaan nadenken over hoe kunnen wij nu het verhaal vertellen van finance, in plaats van te melden dat we 6.000 facturen hebben verwerkt en dat alles klopt.””

Maar de transformatie is gaande, wat zie jij als grootste verandering tot nu toe?

“Meer data, verschrikkelijk veel meer data. Het grappige is alleen dat vaak de onderliggende systemen zijn niet veranderd. Bij heel veel bedrijven zie je de behoefte aan data, maar op de een of andere manier kunnen ze die data niet ontsluiten in hun systemen. Het zijn vaak grote systemen waar maar één keer in de  vijf tot tien jaar een nieuw systeem overheen wordt gezet. Daar worden dan vaak enorme data lakes voor gecreëerd, waar slechts drie of vier mensen echt de structuur van snappen en die data kunnen ontsluiten. Dus aan de ene kant heb je als finance afdeling veel meer data en de druk om die data veel sneller af te sluiten, maar aan de andere kant zie je dat de onderliggende systemen en werkwijze nauwelijks zijn veranderd. Soms moet je echt een stap terugzetten en kijken naar je systemen, vóórdat je een heel data lake opzet en allerlei allocaties verzint.”