De ongrijpbare controller: de dagelijkse dilemma’s
Maar in de praktijk werk ik samen met mensen (sterker nog, ik ben er zelf een) en ben ik onderdeel van een organisatie, een sociaal systeem. Wat doe ik dan wanneer ik als nog onervaren controller zie dat een volledige afdeling bij een grootbank gezamenlijk een heel eigen interpretatie van bonustargets er op na houdt en een ieder dit als volstrekt normaal en geaccepteerd lijkt te beschouwen? Als ik constateer dat een hoogleraar in zijn rol als projectleider structureel budgetten overschrijdt, maar ik elke culturele grens doorkruis wanneer ik hem daarop aanspreek?
Aan de ene kant zijn we financiële professionals, aan de andere kant ondersteunend aan het management. Dit kan nog wel eens schuren. Een periode waarin dit sterk naar voren komt, is de jaarlijkse budgetcyclus. Hoe vaak heb ik niet samen met mijn collega’s een deugdelijk onderbouwd en realistisch verhaal neergezet, een verhaal waar we achter staan, echter ook direct weer aan het rekenen slaan als de uitkomst onder aan de streep niet strookt met wat de bedrijfstop verwacht. Om uiteindelijk precies op deze verwachting uit te komen… In hoeverre ben ik dan nog de professional?
Voor mijn scriptie interviewde ik hoogleraar Forensische Accountancy Marcel Pheiffer en hij hanteert een term die hier zeer van toepassing is: hypotheekgedrag. Hoe realistisch is het dat een controller de hand bijt die hem voedt, zorgt dat hij zijn rekeningen kan betalen?
Een laatste dilemma is het gevolg van wat ik zie als een omissie in onze financiële opleidingen. Als controller zijn we de koningen van informatie. Ik lever rapportages van top tot werkvloer, in detail of geaggregeerd, met iedere gewenste doorsnijding. In het beste geval kom ik de informatie brengen, licht toe wat er staat en wat je er mee kunt, in veel gevallen echter ontbreekt daarvoor de tijd en drop ik het in iemands mailbox met een beknopte toelichting. Wat er vervolgens mee gebeurt, hoe iemand het interpreteert en weegt in zijn of haar besluitvorming ervaar ik als een black box.
Voor wie op een onderhoudende manier wil lezen wat er allemaal mis kan gaan bij informatieverwerking door ons brein, raad ik ‘Ons Feilbare Denken’ (2011) van Nobelprijswinnaar Daniel Kahneman aan. We filteren, negeren negatieve informatie, schatten kansen in op basis van recente ervaringen, gebruiken informatie het liefst op een manier dat we er zelf wel aardig uitkomen, kortom onze hersenen zijn oneindig creatief in de wijze waarop wij informatie tot ons nemen en gebruiken.
Al zou je het soms niet denken, hebben ook controllers menselijke trekjes en gelden dergelijke gebreken evenzeer voor ons zelf als voor degene die wij uiteindelijk van informatie voorzien. Mijn punt is dat we een machtig instrument hebben, informatie, dat gedrag stuurt en besluitvorming beïnvloedt, maar voor hoe dergelijke processen in zijn werk gaan is in onze opleidingen weinig aandacht. Cijfers worden als objectieve waarden gepresenteerd, maar niets is minder waar. We gebruiken een wapen, maar zonder vergunning, zonder de kennis hoe mensen het kunnen gebruiken, zonder de kennis van de onbewuste stappen die we zelf al zetten wanneer we data verrijken tot informatie. Hoogleraar Management Accounting Victor Maas pleit er in zijn oratie (2012) voor dat de controller een beetje meer psycholoog moet worden, een professional die weet hoe informatie gebruikt en misbruikt kan worden en hoe mensen beslissingen nemen. Ik sluit me hier graag bij aan.
In eerdere blogs betoogde ik de ongrijpbaarheid van de controller. Het kan niet anders dan dat dit een weerslag heeft op de dagelijkse praktijk en zich uit in dilemma’s waar een ieder tegen aanloopt, al sprak ik in dit blog alleen voor mijzelf.
Dit was het 5e blog in een reeks gebaseerd op mijn eindscriptie ter afronding van de RC opleiding. Waar ik tot nu vooral ben ingegaan op het verleden en het heden, maak ik vanaf het volgende blog de stap naar de toekomst van de controller en de conclusies van mijn onderzoek.
Erik De Vries is interim professional bij Yacht