Akkoord VS en EU over bescherming persoonsgegevens

Akkoord VS en EU over bescherming persoonsgegevens
Internetbedrijven kunnen weer zakendoen in beide handelsblokken.

De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben nieuwe, strengere privacyafspraken gemaakt die de overdracht van Europese persoonsgegevens weer mogelijk moeten maken. De vorige werden aan de kant geschoven door de Europese rechter omdat ze tekortschoten en Europeanen niet genoeg beschermden.

Het principeakkoord werd vrijdag gesloten door voorzitter Ursula von der Leyen en de Amerikaanse president Joe Biden, die op bezoek is in Brussel. Door de deal zouden data weer vrijelijk naar de VS kunnen stromen, bijvoorbeeld berichten op sociale media of de personeelsadministratie van een vestiging van een Amerikaans bedrijf in de EU.

De onderhandelingen over nieuwe, strengere regels sleepten bijna twee jaar voort. Brussel wees een eerder Amerikaans voorstel van de hand. Het bedrijfsleven begon het uitblijven van afspraken te voelen en grote Amerikaanse internetbedrijven zinspeelden al op een vertrek uit de EU. Veel bedrijven houden zich tot dusver niet aan het oordeel van het Europees Hof van Justitie en toezichthouders zagen dat vaak door de vingers. Maar de laatste tijd maken toezichthouders zoals de Nederlandse Autoriteit Persoonsgegevens aanstalten strenger op te treden.

Het Europees Hof van Justitie verklaarde in juli 2020 het zogeheten Privacy Shield uit 2016 nietig na een klacht van de Oostenrijkse privacyactivist en jurist Maximilian Schrems over Facebook Ireland. Schrems had bij de Ierse autoriteit voor databescherming (DPC) geklaagd over de doorgifte door Facebook Ierland van persoonsgegevens aan haar Facebook in de VS. Hij vroeg zich af of die wel voldoende beschermd waren.

DPC vroeg de Ierse rechtbank om raad, die vervolgens het EU-hof inschakelde. Dat gaf Schrems gelijk: persoonsgegevens die bedrijven vanuit Europa naar de Verenigde Staten sturen zijn minder goed beschermd dan in de Europese Unie.

Schrems laat aan persbureau DPA weten dat hij nu eerst een concrete wetstekst wil zien, en als die naar zijn idee juridisch niet voldoet hij die opnieuw zal aanvechten.

(ANP)