0,2 procent krimp, Nederland blijft in recessie
Ten opzichte van het tweede kwartaal van 2012 kromp de economie met 1,8 procent. Het tweede kwartaal van dit jaar had evenveel werkdagen als het tweede kwartaal van vorig jaar.
Stevige krimp consumptie huishoudens
Huishoudens hebben in het tweede kwartaal 2,4 procent minder besteed aan goederen en diensten dan een jaar eerder. De consumptie krimpt nu al ruim twee jaar. Huishoudens gaven vooral minder uit aan duurzame goederen zoals auto’s, kleding en meubels. Ze kochten ook minder voedings- en genotmiddelen. Wel gaven ze door het relatief koude voorjaar meer uit aan aardgas dan verleden jaar.
De consumptie door de overheid kromp met 0,5 procent. Dit is volledig toe te schrijven aan de teruggelopen uitgaven aan het openbaar bestuur. Aan zorg is wel meer uitgegeven dan vorig jaar.
Investeringen fors lager
De investeringen in vaste activa waren in het tweede kwartaal 9,4 procent lager dan een jaar eerder. Dit is het zesde achtereenvolgende kwartaal met krimp. Wel was de teruggang dit kwartaal iets kleiner dan in het eerste kwartaal. De investeringen in de bouw liepen iets minder sterk terug. Ook de krimp van de investeringen in machines en computers was kleiner. Daarentegen krompen de investeringen in personenauto’s sterker. Dat komt mede doordat vorig jaar deze uitgaven juist sterk waren gegroeid. Bedrijven anticipeerden toen op de verhoging van de bpm per 1 juli 2012.
Ook uitvoer iets gekrompen
De uitvoer van goederen en diensten is in het tweede kwartaal met 0,3 procent gekrompen ten opzichte van een jaar eerder. Vooral de uitvoer van aardolieproducten liep terug. Vorig jaar was de buitenlandse vraag naar aardolieproducten juist extra groot. De invoer was 1,7 procent lager dan een jaar eerder.
De uitvoer van goederen van Nederlandse makelij liep in het tweede kwartaal sterker terug dan in het eerste kwartaal, de groei van de wederuitvoer was kleiner dan in het voorgaande kwartaal.
Krimp productie bouw en industrie kleiner
De meeste bedrijfstakken hebben nog steeds te kampen met productieverlies. In vele bedrijfstakken is de krimp echter kleiner geworden. De zorg en de delfstoffenwinning noteerden groei, net als in het eerste kwartaal.
De bouw produceerde 5,9 procent minder dan een jaar eerder. De industriële productie was 1,7 procent lager. Een kwartaal eerder waren de krimppercentages in deze takken nog 8,6 en 4,5. De productie van de commerciële dienstverlening kromp ook minder sterk dan in voorgaand kwartaal. De delfstoffenwinning groeide 7,5 procent door het hogere binnenlandse en buitenlandse verbruik van aardgas. De groei was kleiner dan in het eerste kwartaal.
Opnieuw fors minder banen
In het tweede kwartaal van 2013 waren er 147.000 banen van werknemers minder dan een jaar eerder. Dit is een daling van 1,9 procent en de grootste daling sinds de start van de kwartaalreeks in 1995. In alle bedrijfstakken is de werkgelegenheid teruggelopen. Het banenverlies was het grootst in de bouw en de zakelijke dienstverlening. In beide takken gingen 28.000 banen verloren. In de handel, vervoer en horeca kromp de werkgelegenheid met 24.000 banen.
Bron: CBS