Wedt Rutte op het verkeerde paard?

Het kabinet geeft vooral de oude economie coronasteun: gaten zijn gedicht, geen kansen gegrepen. En nu?

Een serie blogs over strategie, ondernemerschap, overleven, IT, & financiering.

De overheid heeft tot nu toe meer dan 44 miljard euro coronasteun gegeven en meer dan 33 miljard euro aan coronagaranties verstrekt. Wat schieten we daar na 1 oktober nu eigenlijk mee op?

Door Tony de Bree. Hij is auteur van 'Overlevingsstrategie voor startups', 'De scale-up blueprint' en 'Kan het vliegen?'. Sinds 1997 spot hij succesvol bedrijven als Amazon, Bol, ASML, IKEA en PayPal. Hij is ICT-lid in RvC's en werkte bij ABN AMRO, als Dragon bij corporate venturing en als global splitsingsmanager KYC.

Ieder ministerie heeft zijn eigen silo-steunpakket georganiseerd. Verreweg het meeste geld is gegaan naar het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in de vorm van loonsubsidies: loonkosten dus, voor bijna 23 miljard euro. Met andere woorden: steun om vaste banen zeker te stellen voor de korte termijn – waarschijnlijk vooral bij grote bedrijven – voor maandinkomens tot 10.000 euro.

Daarnaast is er 5,3 miljard uitgekeerd aan ZZP'ers om hun inkomen aan te vullen, niet tot 10.000 euro, maar tot … bijstandsniveau. Dus aan de ene kant massale inkomenssteun en behoud van werkgelegenheid in de vorm van vaste banen en aan de andere kant beperkte inkomenssteun aan zelfstandige ondernemers. Waarom er zo'n groot verschil is?

Economische Zaken heeft bijna 5 miljard euro uitgegeven aan twee steunpakketten en aan garanties op kredieten aan bedrijven, het Ministerie van Financiën 4,5 miljard euro, waarvan 3 miljard Euro aan KLM (dus exclusief de loonkostensubsidie). En Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat 1,5 miljard euro aan openbaar vervoerbedrijven, waardoor 93 procent van hun kosten werden gedekt.

Subsidie voor de hele korte termijn

Wat opvalt is dat het grootste gedeelte van de steun naar het behoud van vaste banen is gegaan in de vorm van loonsubsidie (dus indirecte inkomenssteun) en slechts een klein gedeelte naar zelfstandige ondernemers en het MKB.

Wat ook opvalt is dat er, zoals het Planbureau van de Leefomgeving terecht opmerkt (zie NRC, 2 juli 2020 ‘Nederland achterop met vergroening economie’), door de Nederlandse regering niet of nauwelijks is geïnvesteerd in duurzaam industriebeleid om bijvoorbeeld de exportpositie te verbeteren of om op andere terreinen de Nederlandse concurrentiekracht te vergroten. Dat had men kunnen doen door direct in dat soort activiteiten te investeren of door hardere voorwaarden aan onder andere de KLM en de spoorwegen te stellen.

Men had er ook voor kunnen kiezen om niet zoveel geld in loonsubsidie te steken, maar bijvoorbeeld het percentage te verlagen en daarnaast geld uit te trekken voor om- en bijscholing richting beroepen waar een chronisch tekort aan is, zoals inclusief in de ICT.

Geen kansen gegrepen, maar gaten gedicht

Door deze silo-steun per ministerie, zonder duidelijk geïntegreerde visie en investeringsplan, is het onduidelijk wat we er als land echt mee gaan opschieten, als na 1 oktober de grote steunpakketten stoppen. Het enige dat met al dat geld is gedaan, is tijd winnen … maar waarvoor?  

In andere landen, waaronder Duitsland, heeft de overheid door het verlenen van steun ook een flinke draai gegeven aan de verduurzaming en de vergroening.

Onze regering heeft vooral de oude economie en vaste banen gesubsidieerd en weinig tot niets gedaan om de coronacrisis als kans te zien, door de economie te verduurzamen en onze internationale concurrentiepositie te verstevigen.  

En wat schieten we daarmee op? Door de corona-impact op de economie en gederfde belastinginkomsten, gaat het overheidsbudget – volgens de ramingen van de voorjaarsnota – in de min voor maar liefst 68 miljard euro!

De klap na 1 oktober zal keihard aankomen.

Blogs in deze serie:

Lees ook de andere blogs van Tony de Bree: Zin en onzin van negatieve rente

 

Gerelateerde artikelen